Rommelmarkt deel 2

telefoonscherm

Met een grote mok thee zat ze niet veel later op haar favoriete plekje uit het raam te staren. Natuurlijk had ze even op haar telefoon gekeken maar het telefoonscherm was leeg. Met een zucht klapte ze haar laptop open. Het boekje zelf was glad, er stond geen stempel of ander keurmerk op. Het internet zou hopelijk uitkomst bieden, wie weet kon ze iets achterhalen over dit kunstwerkje

Uren later bonkte haar hoofd genadeloos van het turen naar haar scherm maar ze had een aanwijzing, een vage maar toch. Ruim dertig jaar geleden was er een boek verschenen, en de kaft leek precies op het zilveren boekje dat ze in haar handen had. De schrijfster van het boek leefde nog, en woonde ergens achteraf een kluizenaarsleven Het was wel wat vergezocht maar ze ging haar toch opzoeken. Als het boekje niet van haar kwam maakte ze er gewoon een verhaal van, de hiaten zoog ze wel uit haar duim.

Haar oude autootje pruttelde vol tegenzin en ze moest de sleutel drie keer omdraaien voor de motor wilde starten. Om heel eerlijk te zijn had ze zelf ook weinig zin om nu nog een paar uur te rijden. Maar haar telefoonscherm was nog steeds genadeloos leeg en ze zou gek worden als ze niks om handen zou hebben. 

Tegen de tijd dat ze het karrenspoor richting het beoogde adres indraaide werd het alweer schemerig, de dag was alweer bijna ten einde. Ze zou in het donker terug moeten rijden, stom dat ze daar niet bij stil had gestaan, ze had een hekel aan rijden in het donker. 

Het huis dat voor haar opdoemde was charmant, een brede houten veranda vleide zich om het huis heen. Het tuinhek was stralend wit, de grote kastanje stond fier in het midden van de voortuin en een wolk van paarse seringen wiegden zachtjes in de avondbries. 

Terwijl ze naar de voordeur stond te staren stapte er een oude dame door de voordeur naar buiten. Alhoewel ze wat voorovergebogen op haar stok leunde kon je zien dat ze lang was, als jonge vrouw stak ze ongetwijfeld boven heel veel mensen uit. Afwachtend stond ze daar op haar veranda, vriendelijk maar gereserveerd.

‘Excuus dat ik onaangekondigd voor uw neus sta maar ik heb iets gevonden waarvan ik denk dat u er meer van weet, dat hoop ik tenminste’. Onhandig graaide ze in haar zakken. De oude vrouw wenkte haar dichterbij en wees naar een stoel. 

Telefoonscherm

‘Ga maar even zitten. Ik kan niet lang meer staan en ik ben het niet gewend, om tegen mensen op te kijken’. Ze zag een twinkeling in haar oude ogen en ongewild voelde ze hoe er bij haar ontspanning ontstond. De stoelen op de veranda waren diep en comfortabel en dankbaar liet ze zich in een van de stoelen zakken. ‘Wat wilde je me laten zien meisje’. Ze schoof wat dichter naar de vrouw toe en legde het zilveren boekje in haar oude handen. ‘Kent u dit boekje? Het lijkt namelijk precies op de kaft van een boek dat u ooit schreef’.

De vrouw zuchtte en haar vingertoppen volgden het reliëf van het boekje. Voorzichtig opende ze het en een traan rolde langs haar rimpels naar beneden. ‘Waar heb je dit gevonden? Ik ben hem al zo lang kwijt. Het sieraad is inderdaad van mij. Een hele goede vriendin maakte het ooit voor me, toen mijn boek werd gepubliceerd, als herinnering. Het is ongelofelijk dat je het terug hebt weten te herleiden naar mij’. Ze voelde opwinding van binnen, dit zou een schitterend artikel worden. ‘Wil u me het hele verhaal vertellen’, vroeg ze zacht. De oude vrouw glimlachte, nestelde zich in haar stoel en begon te vertellen.

En terwijl ze met ingehouden adem naar de warme stem van de oude dame luisterde lichte haar telefoonscherm op in het donker.

Published by Cynthia Poen

Ik ben een schrijver, en daar ben ik retetrots op. Het duurde even, voor ik die woorden in mijn mond durfde te nemen in associatie met mezelf maar inmiddels doe ik het gewoon.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *