Een schrijver wil niets liever dan gelezen worden. Zo is het voor deze schrijver tenminste. Het is ongekend leuk om een reactie te krijgen van iemand die iets van je heeft gelezen. En het is verwarrend, onzeker en eenzaam.
Huh? Ik hoor het je denken. Maar zo is het, echt. Juist omdat mijn schrijfsels zo heel erg persoonlijk zijn en het van alles oproept diep van binnen. Met geknepen billen plaatste ik soms mijn stukjes, om daarna vaak opgelucht adem te halen. Of ik verwijderde ze weer. Ook dat is meer dan eens gebeurd.
Mooie reactie’s op wat jij aan het papier hebt toevertrouwd zijn zo waardevol ( Heb je hem gelezen? Stuur me even een reactie, graag zelfs!)
Inmiddels zit ik al weken te wachten tot ik mijn geredigeerde manuscript terug krijg. Ik voel het ongeduld groeien, ook al weken. Steeds krijg ik een ongeveer datum maar tot op heden blijft mijn mailbox angstvallig leeg. En ik wil ongeveer niets liever dan er weer mee aan de slag gaan.
Manuscript
Ondertussen maak ik mezelf gek met alle gedachtes die in mijn hoofd ronddwarrelen. ‘Het is slecht, daarom moet er zo enorm veel worden geredigeerd en duurt het zo lang’. Of ‘de uitgever gaat me ergens de komende dagen vertellen dat ze het toch niet uit gaan geven. Onleesbaar Cynt’.
Al het enthousiasme dat ik voelde toen ik die laatste punt zette, en die ik ook nog voelde toen ik er stiekem toch nog een dag of twee aan sleutelde, sijpelt weg. Met een noodgang het afvoerputje in.
‘Het is er, breed of smal, je hebt het toch maar weer gedaan’, zei iemand afgelopen week tegen me.
Ze heeft gelijk hoor, ik weet het heus. Maar het is die drang, diep van binnen, die ook dit persé wil.
Ik ben gisteravond daarom alle reacties op die eerste nog eens gaan lezen. Het is vooral ontzettend suf dat ik niet van allemaal een screenshot heb gemaakt. Dikke spijt. Zoals van de geplaatste verhalen op insta, die zijn allemaal weg. Mocht dat boek er komen, en daar ga ik voor, dan maak ik overal foto’s van.
Je bent alvast gewaarschuwd!