Groot gemis

elfstedentocht

Met mijn ogen dicht zie ik hem zo voor me, grote grijns, ondeugende ogen, alpinopet scheef op zijn hoofd. Mijn lieve oom, mijn vaders jongste broer Piet. Ze waren twee handen op een buik en super-sportief. Samen de Elfstedentocht schaatsen of Luik-Bastenaken-Luik fietsen. Meerdere marathons liepen ze samen. Een bijzondere man was hij, op een goede manier en ik was dol op hem. Ik koester de herinneringen.

Die zondagochtend dat ik een Engelssprekende klant van mijn vader aan de telefoon kreeg, vergeet ik nooit meer. Ik zal een jaar of dertien geweest zijn denk ik, en volledig struikelend over mijn woorden probeerde ik hem te woord te staan. Hakkelend in steenkolenengels, werd het geen normaal gesprek. Gierend van de lach biechtte mijn oom aan het eind van het gesprek op dat hij het was. Wat heb ik dat verhaal nog vaak aan moeten horen en wat is het inmiddels een dierbare herinnering.

Papa en ome Piet samen, het was gegarandeerde gekkigheid bij elke kermis en elk feestje. En de rest van de familie deed vol overgave mee. Ik herinner me nog een kermis in Limmen. We zaten met zijn allen aan de borrel, gek was niet gek genoeg. Boxen werden opgeblazen, schoenen vlogen in de rondte, midden in de kamer moest een fiets uit elkaar worden gehaald. Er was altijd wel iets waar ze de volgende ochtend een beetje spijt van hadden maar wij genoten van hun dwaasheid, het waren machtig mooie tijden.

Gezamenlijke vakanties, heel veel lol en heel veel liefde, ik kan niet uitleggen hoe dierbaar dat was. De herinneringen zijn ontelbaar en ik koester ze.

Net als die keer dat mijn grote zus en ik mee mochten toen de Elfstedentocht in 1986 werd geschaatst. Ze hadden hem in 1985 ook al samen gereden maar toen had de dooi ingezet, die eerste uren na de start. Mijn vader besloot daarom eerder te starten dan hij officieel mocht. Hij moest en zou hem een keer schaatsen. Maar zonder officiële start dus ook geen Elfstedenkruisje. Het boeide hem niks, hij had die monstertocht mooi wel volbracht. Wij mochten spijbelen van school en zaten de hele dag voor de tv, ingespannen te zoeken naar de gekleurde mutsen van mijn vader en mijn oom. De rest van het jaar genoten we van al hun sterke verhalen over die tocht der tochten.

Elfstedentocht

Gelukkig kreeg hij nog een kans op dat kruisje het jaar erna. Opgewonden spraken ze de tocht door in de file richting Friesland, wij zaten op de achterbank ademloos te luisteren.
Wij logeerden bij een vriendin die in Leeuwarden woonde. Papa en ome Piet konden bij haar ouders terecht. Heel veel friezen namen belangeloos wildvreemden in huis en zorgden onzelfzuchtig voor al die sportievelingen. In de stad zelf hing een geweldige, ongedwongen sfeer, alles ademde Elfstedentocht. Wij waren de hele nacht op stap, van kroeg naar kroeg. Vroeg in de ochtend keken we live naar de start, wat was dat betoverend en indrukwekkend. Al die spanning en al dat enthousiasme, de lucht zinderde ervan. Nog steeds ben ik blij, dat ik erbij mocht zijn.

Ze waren onze helden, die twee en we vertelden het aan iedereen die het horen wilden, dat zij die elfstedentocht schaatsten.

‘s Middags stonden we brak en verkleumd langs de Bonkevaart, met onze knalroze snowboots, te wachten tot ze finishten. Al die kanjers die zegevierend over de finish gingen.Het zijn onvergetelijke momenten, onvergetelijke herinneringen. Papa had ook dat tweede jaar, tot zijn grote spijt, noodgedwongen clandestien mee-geschaatst en ome Piet schonk daarom zijn tweede kruisje aan mijn vader.

Jaren later wordt oom ziek, net als mijn vader krijgt hij maagkanker. Mijn vader kreeg het jong en herstelde, wij mochten hem behouden. Ik was een meisje van een jaar of zes en weet daar nog maar weinig van. Ome piet is eind veertig als hij ziek wordt, en het vonnis is vernietigend. Hij gaat niet herstellen.

Op een dag in april besluit ik langs te gaan, het gaat slecht en ik wil hem graag spreken. Mijn jongste is een maand of negen. We praten wat, veel valt er niet te zeggen, het verdriet hangt zwaar in de kamer. Ik verschoon die kleine op de vloer bij gebrek aan een betere plek. Oom zit naast me in een luie stoel en geniet van mijn kleine meid. ‘Ik had bedacht dat het grote genieten wel na mijn pensioen zou komen’ zegt hij ernstig. ‘Vooral niet wachten met genieten tot na je pensioen Cynt, leef nu want je weet nooit of dat pensioen wel komt voor je’. Ik knik en sla het moment op in mijn geheugen, stevig als een brandmerk. Want het is een gewichtig moment, dat voel ik. Met mijn ogen dicht zie ik die scene zo nog voor me, helder als glas.

Niet veel later kiest mijn oom voor een waardig einde, moet hij noodgedwongen achterlaten wat hem zo lief is en wordt hij niet ouder dan vijftig. Diep respect heb ik voor die welhaast onmogelijke keuze. 

Tijdens de uitvaart, legt mijn vader het van zijn broer gekregen Elfstedenkruisje op de kist, als eerbetoon aan hem en al hun mooie momenten samen. Dat beeld staat blijvend op mijn netvlies, en zijn gemis en pijn voel ik diep in mijn lijf.

Ik denk nog vaak aan hem en aan alle mooie herinneringen die ons zo verbonden als familie. Aan alle gekkigheid en alle feestjes, aan de lol die we hadden. En aan die ene belangrijke les die ik af en toe vergeet in de waan van de dag. Vorig jaar ben ik vijftig geworden, net zo oud als hij geworden is.

Lieve oom, ik denk nog vaak aan je, je wordt nog steeds enorm gemist. En ik blijf mijn stinkende best doen om elke dag te genieten!

Published by Cynthia Poen

Ik ben een schrijver, en daar ben ik retetrots op. Het duurde even, voor ik die woorden in mijn mond durfde te nemen in associatie met mezelf maar inmiddels doe ik het gewoon.

One thought on “Groot gemis

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *