Die vuile lucht

verwaarlozing

Ik sta voor een oud flatgebouw. Het is heerlijk buiten, ik ruik de lente. Ik stop jas en tas in mijn fietstas, verzet mijn fiets nog een stukje en treuzel nog wat. Ik haal diep adem, open de deur en stap de hal in.

Het trappenhuis is donker en muf. De voordeur van zijn huis staat open. De vuile lucht beneemt me bijna direct de adem, het is een allesoverheersende lucht van uitwerpselen met iets zurigs dat ik niet kan thuisbrengen.

Mijn maag draait spontaan om.

De vuile lucht lijkt zich in mijn longen te nestelen, en het maakt ademhalen bijna weerzinwekkend.

Ik negeer mijn instinctieve reactie en loop verder langs de keuken. Stapels afwas staan hoog opgestapeld op de aanrecht, groene schimmels en zwart verbrande etensresten bedekken borden en pannen. De vloer is egaal bruin.

Ik loop door naar de kamer, en mijn schoenen kleven aan de vloer.

’Gewoon doorlopen Cynt, het zijn maar schoenen’ denk ik bij mezelf.

In de kamer tref ik hem aan in een hoekje van de bank. Hij oogt als een algeheel toonbeeld van verwaarlozing en eenzaamheid. Ik weet dat heel veel mensen voor hem bezig zijn om hem uit deze uitzichtloze situatie te helpen. Maar dat kost tijd, en die raderen draaien vaak zeer traag.

Hij vind het daarnaast ook bijzonder lastig om in te zien dat hij hulp nodig heeft.‘Heb je al iets gegeten vandaag’?

Verwaarlozing

Hij knikt en zegt dat hij pap heeft opgewarmd. Dat dat onmogelijk is zag ik net aan de staat van zijn fornuis. Ik gok dat hij het koud uit de koelkast heeft opgegeten.

Ik wen hier nooit aan, beelden zoals deze. Het is onmenselijk om een ander mens zo aan te treffen.

Op een houten kastje ligt een schone zakdoek, en op de zakdoek staan een paar oogdruppels. Ik druppel zijn ogen en vraag hem of hij nog iets nodig heeft. Hoofdschuddend ontkent hij, niks nodig, hij redt zich.

Een vrijwilliger doet gelukkig nog wat boodschappen voor hem, want zelf komt hij al een hele poos niet meer buiten. Ik praat nog wat, over niks eigenlijk, want wat zeg je in een situatie waar het grootste probleem niet besproken kan worden. Hij is dankbaar voor onze zorg, ook al zegt hij het niet hardop.

Maar hij staat toe dat we dagelijks voor hem zorgen, en dat zegt alles.

Na de jarenlange eenzaamheid is dagelijks een vriendelijk gezicht over de vloer hopelijk een welkome afleiding.

Ik neem afscheid en loop weer terug over die kleverige, vieze vloer. Langs die verwaarloosde keuken, langs al die jaren van verdriet en onvermogen die hier letterlijk aanwezig zijn.

Ik stap de voorjaarszon in, ruik het frisse blad en het begin van nieuw leven. Mijn fiets staat er nog, inclusief tas, en ik voel me een geweldige bofkont. Ik kijk nog even omhoog naar zijn vuile ramen en wens met heel mijn hart dat er voor hem snel een oplossing wordt gevonden.

Want elk mens verdiend een menswaardig bestaan.

Published by Cynthia Poen

Ik ben een schrijver, en daar ben ik retetrots op. Het duurde even, voor ik die woorden in mijn mond durfde te nemen in associatie met mezelf maar inmiddels doe ik het gewoon.

2 thoughts on “Die vuile lucht

  1. ja, zo moeilijk als mensen zich zelf niet kunnen toestaan hulp te aanvaarden, maar bedenk wel: alle hulp helpt een beetje. En vele kleintjes maken een grote!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *