Radeloos

voordeur

Op de grond ligt een rood t-shirt, onverschillig op het vergeelde vinyl. Moedeloos liet hij zijn hoofd in zijn handen rusten, hij had zin in een borrel. Zijn eens zo veelbelovende leven was uit elkaar gespat als een zeepbel. Hij wist dat hij afgleed, steeds wat verder, maar hij was onmachtig het verval te stoppen.

Zijn laatste fles goedkope drank stond binnen handbereik. Hij wist zich nog goed te herinneren hoe het vroeger smaakte, in het begin, toen elke slok zijn ingewanden nog in brand zette en hij dronken werd van een halve fles. Iemand bonkte op de voordeur, deurwaarders, zonder twijfel. Hij had al in maanden zijn post niet geopend.

Voordeur

Even dwaalde zijn blik naar het raam, het zou zo eenvoudig zijn. Hij hoefde zich alleen maar over het kozijn te slepen, de zwaartekracht zou de rest doen. De ogen van zijn moeder branden door het glas van de fotolijst. Verwijtend, bemoedigend, liefdevol. Was mam maar hier, zij zou hem gered hebben.

Het geklop werd harder. Het raam lokte. Zou hij? Twijfel, een seconde, mam keek dwingend. In een waas stond hij op, er zat niks anders op. Met een vastberaden ruk opende hij de voordeur.

Published by Cynthia Poen

Ik ben een schrijver, en daar ben ik retetrots op. Het duurde even, voor ik die woorden in mijn mond durfde te nemen in associatie met mezelf maar inmiddels doe ik het gewoon.

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *