Tevreden

revalidatiecentrum

‘Hoe komt het toch dat jij vaak zo blij bent, vraagt ze, bij jou is dat glas altijd halfvol, en is er steeds die glimlach’.

Als jonge vrouw werkte ik een poos in een revalidatiecentrum. Daar zag ik met eigen ogen dat zelfs zoiets simpels als naar het toilet gaan, voor sommigen een opgave kan zijn. Tijdens dat jaar, als 20-jarige op de dwarslaesie afdeling en vervolgens op de tienerafdeling, werd dat zaadje van tevredenheid geplant. En ik voel dat nog steeds in toenemende mate groeien. Zoetsappig wellicht, maar ik sta er zeer regelmatig bij stil dat ik zelf mijn bed uit kan stappen in de ochtend. Dat ik een snelle douche kan nemen en na een kop koffie de deur uit kan vliegen. Dat dat lijf van mij doet wat ik wil, dat het nog heel is.

Die periode daar zal ik niet licht vergeten. Ik werkte er ook nog een tijdje als vaste nachtdienst, toen onze kinderen geboren waren. Op vrijdagavond schonk ik een borrel voor de revalidanten die het weekeind nog niet naar huis mochten of konden, om wat voor reden dan ook. Dan maakte ik het voor hen gezellig en ontstonden er soms prachtige gesprekken. Tegen de tijd dat ik ze allemaal in bed had geholpen, was de halve nacht al om. Heerlijk vond ik dat.

Revalidatiecentrum

Ik herinner me die jonge knul met die hoge dwarsleasie, opgelopen omdat hij op een zandbank dook toen hij met een groep vrienden in zee aan het dollen was. Of die postbode die zich 6 maanden de tandjes werkte om vervolgens 6 maanden te kunnen reizen en dat nu op moest geven omdat hij eenvoudigweg door botte pech in een rolstoel terecht kwam. Ik zie ze zo nog voor me, stuk voor stuk. Jonge vrouwen, jonge mannen, tieners. Stuk voor stuk mensen die nog een leven voor zich hadden en dat nu volledig opnieuw moesten inrichten, omdat hun lijf kapot was gegaan door dat ene moment.

Ik heb geluk, dat vind ik oprecht, geluk in mijn leven. Ondanks tegenslagen, teleurstelling en het nodige verdriet ben ik een bofkont. Omdat de eenvoudige dingen in het leven voor mij geen opgave zijn. Ik kan zelf mijn bed in-en uitstappen als ik wil, ik kan voor mezelf zorgen en een kop koffie zetten. Te simpel gedacht wellicht maar zo voel ik dat, ik ben dankbaar voor dat geluk. En er zijn ook gerust genoeg periodes in mijn leven dat ik het even vergeet, dat ik verzand in mijn eigen geneuzel en dat een deel van mij zich verdrietig voelt.

Heel lang duurt het nooit, vrij snel weet ik weer waar het ook alweer om gaat in het leven.

Dat leerde ik van van al die dappere, mooie mensen waar ik voor heb mogen zorgen. Want het gaat in het leven niet om geld, niet om spullen. Het gaat om samen zijn met iedereen die me lief is. Om een hele avond te kunnen dansen, uren te kunnen wandelen in de regen, of vol de zee in te kunnen rennen op een warme dag is rijkdom. Ik kan er van uit mijn vel knappen, van dat gelukzalige gevoel. Daarom deel ik mijn glimlach en mijn liefde ruimhartig.

Want het leven is echt te kort en te kwetsbaar om daar heel zuinig mee om te springen.

Published by Cynthia Poen

Ik ben een schrijver, en daar ben ik retetrots op. Het duurde even, voor ik die woorden in mijn mond durfde te nemen in associatie met mezelf maar inmiddels doe ik het gewoon.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *