Ooit liep ik stage in een bejaardentehuis, ik zal zestien geweest zijn, en ik voelde me vooral voor de leeuwen gegooid. Ik wilde niets liever dan de kraamzorg in, maar werd helaas ingedeeld voor een stage in de ouderenzorg, en vol weerzin stapte ik er naar binnen. Jannie kreeg mij toebedeeld, en gaf me lukraak wat taken. Zonder enige zorgervaring kreeg ik van Jannie de opdracht een oude dame uit bed te helpen. Wat omzichtig klopte ik op de deur, en voorzichtig liep ik de schemerige kamer in. Het was warm in de kamer, muffig, en schoorvoetend maakte ik de dame in kwestie voorzichtig wakker. Ze vroeg me de dekens open te slaan, en ik kreeg de schrik van mijn leven. Deze oude dame had geen onderbenen meer, voor mij nogal onverwacht. Haar beide been protheses stonden uit het zicht, achter de nog gesloten gordijnen.
Mijn eerste kennismaking met de zorg was niet echt een fijne, en toch was ik gefascineerd.
In dat kleine, ouderwetse bejaardentehuis regeerde Zuster Roodhart met strakke hand. Zij woonde in, ook zo bijzonder. Ik sidderde als ze in de buurt was, en liep altijd met een grote boog om haar heen. Als geboren katholiek meisje heb ik in mijn jeugd best wat nonnen meegemaakt, maar zo akelig als zij was, was er geen eentje.
Ik wende snel, en maakte elke ochtend pap voor de mensen die in het ziekenzaaltje verbleven. En dat was er in die periode maar eentje. Een lieve, oude, tandeloze dame die door iedereen liefdevol tante Coby werd genoemd. Tante Coby was het allerliefste in het ziekenzaaltje, zo vlak naast de zusterpost, zo voelde ze zich minder alleen.
Ik ging rond met een broodkar en met soep, en elke dag hielp ik mee met het jassen van een enorme lading piepers. Tussen de middag kreeg ik de vaste taak toebedeeld om de tafel te dekken voor zuster Roodhart, met het mooiste tafelzilver. Heel precies moest dat, en niemand was dol op dat klusje. Het was een apart wereldje, kneuterig en gemoedelijk.
Zuster
Jaren later werkte ik er nog een poosje. Toen onze kinderen klein waren, was ik er vaste avonddienst. Zuster Roodhart had inmiddels plaats gemaakt voor een nieuw aangetrokken hoofdzuster, de zorgzwaarte was minimaal en het ziekenzaaltje bestond ook nog. Een kostbare en dierbare tijd, ik sloot er bijzondere vriendschappen en luisterde naar prachtige verhalen over vroeger, en die fijne plek nestelde zich knus in mijn warme hart.
Inmiddels ben ik zorgbemiddelaar van deze locatie, een ruime twintig jaar later. Het ziekenzaaltje is allang verdwenen, en de zorgzwaarte is niet te vergelijken met toen. Alleen alle mooie herinneringen zijn er nog, nog steeds knus genesteld op die vaste plek. Het voelt echt razend bijzonder voor mij om weer betrokken te zijn bij de plek waar het voor mij ooit begon. Het verschil met toen is zo groot, maar inmiddels ben ik ook wel wat veranderd 🙂
Er is zoveel verloren gegaan, en sommige veranderingen betreur ik oprecht, er is een lading moois dat ik graag had willen behouden. Behalve zuster Roodhart, die kan ik missen als kiespijn 🙂
Oh wat herken ik veel in dit verhaal! Zelfde tijd als jouw was ik daar en wat was ik bang voor die vrouw! Maar wat een geweldige tijd heb ik daar ook gehad. Vanaf toen wist ik dat de ouderen zorg echt leuk was! Jaren later nog een keer als flexer gewerkt, maar van dat kleine intieme kneuterige was helaas niets meer over.
ha, wat leuk Rina! Wij zaten ook op dezelfde school toen he?! en we zijn net zo oud 😉 Ik vind het nog steeds enig om langs te gaan bij die lokatie, en dan denk ik ook altijd nog even aan toen!