Er zijn alweer jaren verstreken sinds je dood bent gegaan. En nog steeds zie ik je in gedachten voor me, zittend aan de keukentafel. En ook al wisten we dat je erg ziek was, je overlijden kwam voor iedereen onverwacht. Ook voor jezelf. Die laatste uren glipten tussen je vingers door als los zand.
We hadden niet veel contact, die zeven jaar die jullie naast ons woonden. Toch kwam dat ‘Te koop’-bord in jullie tuin niet als een volslagen verassing. Ik wist dat je verlangde naar een plek in de stad. Na de verkoop van jullie huis zag ik je nog maar zelden buiten. Je leek bijna mensenschuw, die laatste maand die je naast ons woonde. Je ging niet meer lopend op zaterdagochtend naar de bakker en ook je fiets kwam niet meer uit de schuur.
We kwamen die woensdag toevallig tegelijk thuis. Ik vroeg naar je nieuwe huis en jij vroeg of ik koffie kwam drinken. Tussen de ingepakte dozen vertelde je me dat je ziek was, en ook hoe ernstig. Dat het zo volslagen onverwacht was dat die tumor bezit van je had genomen en zijn tentakels al zonder scrupules door je lijf had verspreid. Te laat had je gemerkt dat je lichaam was overgenomen door die voortrazende nachtmerrie. Er was niets meer dat ze voor je konden doen. Niet meer echt.
Dat verlengen van je leven, daar paste je voor. ‘Ik ga niet als een kasplantje in bed liggen Cynt, dat wil ik niet. Ik ga genieten van de tijd die ik nog heb. Daarom verhuizen we dit weekeind al naar ons appartementje, want we weten niet hoelang ik nog heb’. Tijdens die ene kop koffie hadden we een bijzonder mooi en open gesprek, want wat kon je er goed over praten. Ineens was je leven ingekort, en je toekomstplannen afgekapt. Maar je was niet bang zei je, niet bang voor de dood. Niet angstig voor wat je wellicht nog te wachten stond. Wat vond ik je dapper. Op dat moment leerden we elkaar pas echt kennen en zag ik hoe sterk je was.
Te weinig tijd
Je vroeg me om wat verpleegkundig advies, en ik drukte je op het hart om me te bellen als er iets was. Bij het afscheid nemen spraken we af dat je de week erna nog even langs zou waaien, als je zou gaan schoonmaken in jullie oude huis. ‘Doen we nog een kop koffie samen’ zeiden we. Je stak een hand op en zwaaide.
Toen ik je weer terug zag, precies een week na die gezamenlijke kop koffie, lag je daar stil, in die kist. De tijd die je nog had, bleek veel korter te zijn dan je zelf had gedacht. Je geliefden waren verbijsterd, net als ik, door dat onverwachte en razendsnelle afscheid.
Lieve buurvrouw, vanmorgen hoorde ik jouw liedje op de radio. ‘Zeg me dat het niet zo is, zeg me dat het niet waar is’. Woorden die op jouw rouwkaart stonden en die jullie wanhoop zo pijnlijk duidelijk maakte. En ik realiseerde me eens te meer, hoe oneerlijk het leven toch kan zijn. Vandaag ben ik extra dankbaar, dankbaar voor dat prachtige leven.
❤️
xx
mooi beschreven. en we vergeten wel eens hoe belangrijk de buurvrouw kan zijn…
Dank je wel Felice, dit is mijn manier om afscheid te nemen, om er een stukje over schrijven, zo staat ze weer even volop in de aandacht.
Heel mooi ❤️?
dank je wel Leo, heb aan jullie allemaal gedacht gister. xx