Zij zijn precies dat wat je elke dag in de krant leest, een echtpaar besmet door dat gruwelijke virus. Afgelopen week zat ik er ineens met mijn neus bovenop. Niet van heel dichtbij maar dichtbij genoeg.
Ik belde met mevrouw om even te horen hoe het met haar ging. Haar echtgenoot was de dag ervoor opgenomen en toen was al duidelijk dat hij het niet lang meer zou maken. Ze hadden een mooi leven gehad samen en moesten nu, aan het eind van dat mooie leven samen, onverwacht snel afscheid van elkaar nemen. ‘Ik voel me ziek’ zei ze tegen me, ‘misselijk en zo ontzettend moe’. ‘Niks smaakt lekker en ik doe eigenlijk weinig meer dan slapen, zo gek’.
Eenzaam sterven
‘Wordt er voor u gezorgd’ vroeg ik, ‘zijn er mensen die zich om u bekommeren’? Ze had gelukkig twee nichtjes die eten langs brachten, het voor de deur zetten eigenlijk. En haar buurtjes hielden haar in de gaten. ‘De komende twee weken wil ik even niets’ zei ze vermoeid, want ik wil verder niemand besmetten. Want dat ik het virus ook heb, zoveel is wel duidelijk. Het bleek dat ze de huishoudelijke hulp ook had besmet en dat vond ze al erg genoeg. Die huishoudelijke hulp die inmiddels ook met de zenuwen in haar lijf thuis zat. Af te wachten hoe dat virus zich bij haar zou manifesteren. Ze hoopte dat het mee zou vallen en wij hoopten dat van harte met haar mee.
We praatten nog wat en namen afscheid. ‘Ik bel u volgende week nog even’ zei ik, ‘voor een kletspraatje, is dat goed’? Om te horen hoe het met u gaat en of u het nog red zo alleen in huis’. Ze vond het fijn, om even iemand te spreken en bedankte voor de aandacht. Ze ging nu weer naar bed, om te slapen, veel te slapen.
De dag erop bleek haar echtgenoot enorm snel achteruit te gaan maar mocht zij gelukkig nog afscheid van hem nemen, kon zij zijn hand nog even vasthouden in die laatste uren. Niet veel later moest ze hem loslaten en overleed hij.
Nog eens twee dagen later kreeg ik het bericht dat ook zij was opgenomen. Naar de ic wilde ze niet meer, geen poppenkast aan haar lijf. Ze werd opgenomen op de palliatieve afdeling, zodat ze die laatste dagen nog warme zorg zou krijgen. Hoe bizar dat ook geweest zal zijn met het verplegend personeel volledig ingepakt in beschermend materiaal. In die laatste dagen van haar leven is er voor haar geen warme hand die de hare vasthoud, voor haar geen lieve glimlach. Die zit verstopt achter dat mondmasker. Het maakt dat hele akelige virus nog onmenselijker en ik vind het hartverscheurend dat mensen onder die omstandigheden sterven.
Gisterochtend ging al vroeg de telefoon en de boodschap kwam niet onverwacht. Ook zij was overleden, eenzaam en alleen. De uitvaart zou een gezamenlijke worden. De uitvaart van haar echtgenoot was bewust uitgesteld, toen zij zo razend snel achteruit ging. Een dezer dagen word aan hen beide uitgeleide gedaan. Ik vind het een ontroerende gedachte, het is mooi en ellendig tegelijk. Wederom is er een echtpaar geveld door dat corona monster.