Sofia

Ze moet een prachtige vrouw zijn geweest. Dat was ze nog steeds. Slank, tenger en elegant. Voor ze noodgedwongen in een verpleeghuis moest wonen. Een verpleeghuis voor oude mensen. Ik kon er niet aan wennen, om haar daar te zien, en ik vermoed dat het voor haar ook pure horror is geweest.

Na haar verblijf in het ziekenhuis kwam ze bij ons. Ik zie nog voor me hoe ze met brancard en al de afdeling op werd gereden. Haar dochters waren mijn leeftijd, ik was pas achttien toen. Hun mama was ook pas achttien toen ze haar meiden kreeg. Sofia was zelf ook nog heel piep.

Haar tweepersoonskamer deelde ze met een dame van 89. In haar smalle kledingkast paste misschien zeven setjes kleren, als je een beetje je best deed, en in haar nachtkastje paste een fractie van de persoonlijke spullen die haar dochters voor haar mee hadden genomen.

Een echtgenoot was er niet meer, die had zijn jonge vrouw ingeruild voor een nog jonger exemplaar.

Jonge

Tot dat moment had ik vooral voor oudere mensen gezorgd. Ik vond het in het begin een schok om voor haar te zorgen. Dat prachtige jonge lijf, kapotgevallen van driehoog. Sofia had genoeg gehad van haar leven. Het leven wilde haar echter nog niet loslaten.

Wat een lot.

Ineens zocht ik kanten setjes ondergoed bij elkaar, kamde ik lange donkerbruine lokken en stifte hele jonge lippen. Ik kletste lukraak over algemene onderwerpen, zij reageerde met klanken op mijn praatjes. Met aandacht smeerde ik alle bezeerde ledematen in met bodylotion. Ik probeerde te achterhalen wat ze me wilde zeggen. Of ze verdrietig was, of bang. Of ze pijn had misschien.

Ik stopte aandacht in mijn handen, warmte zoveel ik kon.

Afdoende was het nooit. En nog altijd krimpt mijn hart een beetje in elkaar als ik aan Sofia denk.

Schelpenkind

Nu het met enige regelmaat gelukkig weer wat zonniger wordt, en we vaker buiten kunnen zijn, heeft het meegenieten met die twee van hiernaast weer een extra versnelling gevonden. En ze hebben heel snel in de gaten wanneer buuffie of buurman ook in de tuin zijn.

Hè ja gezellig, want er is zoveel dat ze willen delen.

Onze metalen prullenbak is dan een fijn opstapje.

Afgelopen week werd ik weer vol overgave geroepen. Zodra mijn hoofd boven de schutting verschijnt zie ik twee glunderende toetjes. Pasgeleerde kunstjes worden vertoond of pasgevonden schatten. Slakken in huizen, gevonden schelpen en zelfgeknutselde armbanden. Ze is net zo dol op het strand als ik dat ben. Mama wordt hartstochtelijk geroepen want:

‘mama, kijk, buuffie is op de schutting’ 😉

en spannende belevenissen moeten worden gedeeld. De liefde stroomt gulzig over over onze schutting en wij nemen het graag in ontvangst.

Liefde

Naar elkaar zwaaien hebben we tot een kunst verheven, handkussen worden geregeld op afstand uitgedeeld en de ramen moeten iets vaker worden gewassen, natte vingertjes laten soms wat sporen achter. Wij malen er niet om, het is vooral heel gezellig.

Vandaag had ik een pittige dag. Het is momenteel druk op het werk en ik kan me nog weleens laten overspoelen. Terwijl ik in gedachten naar huis liep werd ik vanuit een openstaande autodeur al geroepen, zij kwamen toevallig ook net thuis.

‘Buuffie , ik heb een tekening voor je gemaakt en ik heb een kettingschelp voor jou’.

Glunderend loopt ze even later van hun voordeurdrempel de onze over, in haar handjes heeft ze alle weg te geven schatten geklemd. Ze wijst de getekende piraten aan en de glitter bovenop. En legt geduldig aan buuffie uit hoe ik van de kettingschelp een echt sieraad kan maken. Haar broertje staat zoet bij onze voordeur te wachten tot zijn zus klaar is, die wil boeboe ook graag nog even begroeten. Dat kleine blonde mannetje kan geweldige knuffels geven, en hij stort zich altijd zo heerlijk in je armen. Samen bewonderen ze de verzameling steentjes en schelpjes die ik uitgestald heb liggen, die hebben zij bij elkaar verzameld en vol overgave aan mij gedoneerd.

Mijn drukke werkdag is vergeten, ik laaf me aan de liefde van die twee. Want soms is een tekening en een ‘kettingschelp’ alles wat je na een drukke werkdag nodig hebt 🙂

Individu

Van dansen ging haar hart sneller kloppen, dus maakte ze van haar passie haar leven. En dat leven werd rijk en vol. Alle tropische plekken die ze bezocht sloot ze in haar hart.

Voor een man en kinderen was geen ruimte.

Op het moment dat ze bij ons komt wonen oogt ze als een oude vrouw. Van binnen huist echter nog steeds de talentvolle ster die ze ooit was. Het is razend intrigerend en elke snipper die ze met me deelt neem ik in me op.

Ik ben dol op mooie verhalen.

Net als de verhalen van de hoedenmaker die bij ons woonde, en die jaar in jaar uit de mooiste creatie’s maakte. Hoeden en petten. Veelal met zijn eigen handen. Moderne technieken waren er nog niet.

Zelf droeg hij standaard een alpinopet, ook binnenshuis, en hij stond altijd een tikkie scheef op zijn hoofd.

Op dezelfde afdeling, één deur verder dan de zijne, woonde een dame die haar leven doorbracht op de Zeedijk in Amsterdam. Ze woonde en werkte er. Het ruige leven vormde haar.

Ze kon gruwelijk vloeken en sommige scheldwoorden moest ik opzoeken 😉

Vreemdelingen

Ze was de enige vrouw op de afdeling met vurig rood haar, de meeste zorgvragers hadden grijze lokken. En elke maand kwam een goede vriendin haar uitgroei bijkleuren.

‘Ze gruwelde van elke grijze haar dus zorg ik ervoor dat het een kleurtje krijgt, ook al is ze zelf wellicht vergeten hoe belangrijk ze dat vond’

Al deze vreemdelingen zijn met elkaar verbonden door hun #dementie.

Toen thuis wonen niet meer lukte kwamen ze bij ons. Het is een bijzondere verzameling mensen en zo op het oog hebben ze alleen hun ziekte gemeen. Gemoedelijk zitten ze naast elkaar bij het ontbijt, smeren hun beschuitjes met jam of suiker en kijken met een wat lege blik naar buiten.

Soms dwalen ze door de eindeloze gangen op zoek naar een herinnering.

Als ik muziek opzet zingen ze vaak moeiteloos mee met de tekst of deinen licht heen en weer in hun stoel. Samen dansen we door de woonkamer.

Ze zijn vaders, moeders en kinderen

Kunstenaars, danseressen en schrijvers. Individuen.

Stuk voor stuk met hun eigen levenspijn, hun successen en dieptepunten.

Ik ben dol op de #ouderenzorg en juist ook hierom. Door de bijzonderheid van deze levens, vol mooie, verdrietige of bijzondere verhalen. En door goed te luisteren leer ik ze allemaal net iets beter te begrijpen. Veranderen ze van vreemdelingen in de mensen die in mijn hart wonen. Leer ik waar ze van hielden en wat ze belangrijk vonden, en wat ze nu wellicht vergeten zijn.

Zodat ik nog beter kan voor ze kan #zorgen.

#dagvandezorg#zorgliefde#verpleegkundige#zorgenwelzijn

Ziek

Dat ene moment, als blijkt je ziek bent, neemt ongewild de ruimte in waar voorheen mooie gedachten woonden. Plannen en verlangens. Toekomst.

Dat ziek zijn is als een voortwoekerend onkruid dat elk gaatje en kiertje versmoort en dat maar weinig lucht geeft.

Van de ene op de andere seconde is er nog maar één verlangen. Beter worden. Het leven zoals het was voor die allesverslindende boodschap.

Ik ervaarde het als een rouwproces. Dat voelde ik toen bleek dat ik IBD had, meer dan dertig jaar geleden, en ik voelde het een paar jaar geleden weer. Toen bleek dat ik huidkanker had.

Schoonheid

De mindset die ik had toen ik naar huis reed was een compleet andere dan toen ik richting het ziekenhuis stuurde. Op de heenweg maakte ik me druk om mijn werk, wat ik die avond moest eten en nog veel meer onnozels. Op de terugweg dacht ik alleen maar aan het feit dat ik kanker had, dat ze in mijn gezicht moesten snijden en wat als het uitgezaaid is?

Momenteel is er veel ziek om me heen. Te veel. Er zijn collega’s die jong overlijden aan hele akelige aandoeningen. Te jong. Het maakt we weer zo bewust van de kwetsbaarheid, maar vooral de schoonheid van het leven. Nog bewuster dan anders.

Het maakt ook dat het onbegrip voor geneuzel groeit. De weerzin ten opzichte van al die mensen die elkaar onnodig pijn doen. De waanzin van oorlog en geweld. Dat er altijd al was maar nu tot ongekende hoogte stijgt. Zoveel mooiigheid voor altijd verdwenen, zoveel pijn voor altijd aangebracht.

De bizarheid van dat alles verbaasd we steeds weer. Hoe kan het dat het kan gebeuren, dat we het accepteren überhaupt. De wereld is ziek.

Ik ben vorige week vijfenvijftig geworden. En het enige dat ik voor mijn verjaardag wenste was nog heel veel genietjaren erbij. Leefjaren. Meer wensen heb ik oprecht niet.

Aftellen

We zijn aan het aftellen, de liefste en ik, richting die zalige weken vrij die naar ons lonken. Alleen de eerste campingplek staat gepland, verder ligt de hele vakantie nog open. Om lukraak in te kleuren. Tropische bestemmingen, all inclusive hotels of citytrips zijn aan ons niet besteed, wij zoeken vooral de rust op.

Vandaag kopte de krant dat we kuddedieren zijn, volgzaam en lui, en dat het daarom op sommige plekken zo druk is. Amsterdam, Bali en Venetië, we kunnen over de hoofden lopen. En ook de Nederlandse stranden doen een duit in het zakje. Zodra de zon schijnt staan we en masse in de file en schuiven we met ons handdoekje tussen de rest van de mensen.

Ik mag graag denken dat ik daarop een uitzondering ben. Zo zijn er nog veel meer, natuurlijk, die net als ik niet snel in die mensenmassa te vinden zijn, maar toch, geen kuddedier hoop ik.

Rustig

Ook al liggen strand en duinen bij mij om de hoek, ik kom er alleen als het rustig is. Vroeg in de ochtend op een zomerse dag is mijn lievelingsmoment om op het strand te zijn. Stil en leeg, met de belofte van een warme dag die nog fijn voelt op je huid. Op mijn gemak dobber ik in de golven, met niks anders dan de zee om me heen. Daar laad mijn batterij van op.

Ik geniet niet van lange rijen, mensenmassa’s en drukte.

Over een paar weken gaan we weer. Rommelen we binnendoor op zoek naar prachtige plekjes natuur. Gewapend met een pot koffie, een stokbrood dat we onderweg bij een fijne franse bakker hebben gescoord en met veel zin om alle drukte achter ons te laten.

De tas met ‘deze boeken wil ik nog lezen’ staat al klaar. En de ruimte voor het herschrijven van mijn thriller roept ook. Zaligheid. Voor even laten we los waar we elke dag vol enthousiasme onze dagen mee vullen en gaan we op zoek naar anders, naar ook heel fijn, lekker met zijn tweetjes 🙂

Grote sprong

Sinds ik mijn thriller aan het herschrijven ben is er naast die ontspanning ook nog een ander gevoel. Er is een schuldgevoel dat aandacht vraagt. Richting al die mensen die mijn boek kochten en er zo enthousiast een mooie recensie over schreven.

Want de originele versie gaat veranderen.

Beter worden. Hoop ik.

Maar die beslissing heb ik niet licht genomen. Ik heb er vaak wakker van gelegen. Heb maanden getwijfeld. En heb uiteindelijk de knoop doorgehakt. Het is mijn verhaal, mijn boek en daarom ook mijn beslissing.

Het contract met de uitgever is ontbonden, mijn boek is uit de verkoop gehaald en het bewerkbare manuscript kreeg ik weer in handen. Na al het gesteggel was dit onderaan de streep de enige keuze die ik kon maken voor mezelf.

Ik kon hem eenvoudigweg niet loslaten, hoe graag ik ook wilde. Steeds als ik in mijn hoofd afscheid had genomen om hem als verloren te beschouwen, fluisterde mijn hart dat ze dat niet wilde. Dat het mijn prestatie was. Mijn worsteling en daarom dus ook mijn overwinning.

Dus sprong ik in het diepe.

In het diepe

Na al dat geaarzel ging ik vorige week langs bij een redacteur met veel ervaring. Ooit had ik eens een schrijfworkshop bij haar gevolgd en zij wilde me helpen. Ik heb ruim drie uur bij haar op de bank gezeten, elke bladzijde hebben we besproken. Aan het eind van de avond bruiste ik weer van de schrijfzin.

Ik kon niet wachten om het verhaal aan te pakken. Schaven, schrappen en herschrijven.

De nieuwe titel is er al: ‘In de schaduw van angst’

Zo mooi. Het past. De nieuwe flaptekst staat als een huis.

Nu hoef ik hem alleen nog maar af te maken en een nieuwe cover te ontwerpen. Zodat ik hem zelf uit kan geven. Ik. Dat lelijke eendje dat nooit ergens bij hoorde 🙂

Tof he?!

Samen

Zij is ernstig ziek, hij ziet zijn leven niet voor zich zonder haar. Ze willen dat onvermijdelijke einde samen aangaan en dat willen ze al jaren. Al sinds ze weten dat het niet heel lang meer duurt zijn de gesprekken doelgerichter geworden, praktischer.

Voor een weggaan hand in hand.

Hun levenspad was grillig, vol verwoesting maar ook vol met groot geluk. Zij was zijn stabiele factor en hij was de hare. Aan meer dan ‘zij samen’ hadden ze geen behoefte. Waar hij ging, ging zij en andersom.

Noodgedwongen komen ze bij ons wonen. De achteruitgang gaat razendsnel en thuis wonen lukt niet meer. In hun hoofd was er dat prachtige plaatje met een afscheid in hun fijne thuis, maar de kwetsbaarheid haalde ze in en nog niet alles was al geregeld.

Hun wens bleef echter onveranderd.

Ik zie hen en denk aan ‘Voorgoed samen‘ ,die prachtige film die werd gemaakt over een echtpaar dat samen heel bewust hun afscheid regelden. De ontroering die ik na het zien van die film voelde roert zich weer in mijn lijf.

Het appartement staat vol foto’s. Van kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen. Zij tweetjes hebben samen een prachtige familie gecreëerd. Hun liefde oogt hecht, dierbaar, ze hebben aan een half woord van de ander genoeg. Ze kijken uit naar die laatste dag, en zijn overtuigd dat ze alle lieverds die ze ooit verloren weer terug gaan zien.

Afscheid

Het geeft rust dat ze zelf voor hun einde kunnen kiezen. Mogen kiezen. Ze plannen het afscheid van de familie met grote zorgvuldigheid en willen samen met de kinderen een datum prikken. Tot zij ineens, onverwacht en razendsnel, overlijd.

Zijn ontreddering is groot, zijn vastbeslotenheid is echter groter. Ze hadden afgesproken samen afscheid te nemen en hij wijkt niet af van hun afspraak. Hij kan amper wachten om haar te volgen en telt letterlijk de uren.

Zijn afscheid van het aardse leven is binnen een paar dagen rond en hij omarmt zijn einde vol overgave.

Voor de familie is het een rollercoaster van emotie. Maar ik ben diep getroffen door het respect van de achterblijvers, voor die grote wens van hun ouders.

‘Samen in het leven en samen in de dood’

Routine

Ik ben dol op een vleug van routine in mijn werk, ook al is dat lastig als je met mensen werkt. Die routine zoeken lijkt wellicht een tikkie vreemd, maar de herhaling helpt me om mijn werk zo optimaal mogelijk te doen. Op de dagen dat ik dienst had vond ik het fijn om een aantal dagen achter elkaar dezelfde mensen te helpen bij hun zorgvraag. Zo leerde ik hun routine zo goed mogelijk kennen.

Ik leerde de mens kennen.

En ik leerde vooral ook wanneer ‘gewoon’ af ging wijken.

Vlekjes, plekjes of ander ongemak. Onherkenbaar gedrag, een ander humeur of wisselingen in welzijn.

Ik herkende wanner het af ging wijken, linksaf sloeg en waar ik dus bij moest sturen. Zo kon ik op de meest optimale manier zorgen voor die ander.

De immer voortdurende discussie over alle zzp-ers in de zorg snap ik volledig, want om elke dienst met een andere collega te moeten werken is belastend. Het is fijn dat je er niet alleen voorstaat, maar het is zwaarder omdat je voor twee moet denken. Want zij kennen al die zorgvragers nog niet. De routine van de afdeling, het praktische ‘waar vind ik wat’ en ‘wie bel ik wanneer waarvoor’.

Dat zijn extra taken voor die vaste medewerker, die vaak al fors onder druk staat.

Belastend

De ‘ja fijn dat ze er zijn’ is vooral afhankelijk van hoe, waar en wanneer je ze inzet.Laat je ze lukraak losse diensten draaien op verschillende afdelingen dan begrijp ik dat ze vooral als belastend worden gezien. Zij krijgen amper een routine in wat ze waar moeten doen.

Voor deze mensen zal het dus net zo min een feest zijn.

Ik was zelf ook ooit inlener, werkte vervolgens als vaste kracht met inleners en maakte ook heel veel jaren de roosters en planningen voor wijkteams en afdelingen. En zag waar het schuurde. Pasgeleden hoorde ik het een planner nog zeggen: ‘Alle openstaande diensten zijn lekker ingevuld’. Dat er avonddiensten waren waarbij er meer flexers rondliepen dan dat er vast personeel was, en dat dit dus ook iets betekend voor de kwaliteit van diezelfde zorg, zag ze over het hoofd.

Dat kan anders, beter. Echt.

Toen ik zelf als inlener werkte was voor langere tijd, wat tegenwoordig detacheren heet, als tijdelijk onderdeel van een vast team. Net zo verantwoordelijk en betrokken. Ik werd met enige regelmaat teruggevraagd. Ik behield mijn vrijheid, maakte mijn eigen keuzes en kon in heel veel keukens kijken.

Goed voor mijn ontwikkeling, ik leerde steeds iets nieuws.

Dus #ZZPers in de #zorg, ik ben absoluut fan, als je ze maar op de juiste manier inzet.

Opluchting

Ik ben geen schrijver, geen echte in ieder geval, en als ik heel eerlijk ben is die gedachte een opluchting. Die lat kan meteen heerlijk naar beneden, er zijn geen verwachtingen waar ik aan moet voldoen en ik ben volledig vrij in ‘wat wel of wat niet’.

Aan mij is er niets literairs, ik heb geen studie journalistiek gevolgd en ken maar weinig schrijftechnieken.

Alles wat ik doe komt voort uit mijn gevoel.

Als het goed voelt vertaal ik het in letters. Vaak borrelt het op vanuit dat diepste van mijn binnenste, zodat ik het op papier kan zetten. Het is een uit de hand gelopen hobby.

Ik wil de hele wereld vertellen hoe mooi mijn baan is 😊

De druk die ik mezelf in de loop der tijd heb opgelegd is weg en er komt ruimte voor in de plaats. Geen schrijver meer, dat voelt lekker zeg 🙃

Kwam het voort uit een verlangen om ergens bij te horen? Ik heb werkelijk geen idee. Ik vond het vooral mooi, om schrijver te zijn 😇 Het was als een soort glansrol waar ik mezelf wel in wilde zien. We zien onszelf graag als geslaagd, in wat dan ook. Toch?

Maar net als de meeste stempels en hokjes, voelde ook deze benauwend. Een stempel schept bij mezelf namelijk verplichtingen.

Verwachtingen.

Hobby

En ik voel me niet thuis tussen elitaire schrijvers, natuurtalenten of mensen die razend interessante dingen te vertellen hebben. Bestsellerschrijvers. Prijswinnaars en wat niet.

Vanmorgen liep ik al vroeg door het duin en besefte dat alles ineens( vandaar dat blije hoofd)

Ik voel me thuis bij mezelf en mijn eigen fijne wereldje.

En ben geslaagd genoeg in wat ik doe en wie ik ben 🧐

Mijn verhalen blijf ik vertellen.

Over mijn prachtige werk in de #zorg, over onze reizen in dat #VWbusje en over mijn dagelijkse belevenissen.

Die zijn vast ook verre van perfect, net als ik ben 😉

#zorgliefde#schrijven

Vervuld deel 7

Op de rand van het fonteintje lag een nieuwe predictor. Bij elke plas hield ze steeds een ongebruikte onder de straal. En bij elke test verschenen er na een poosje twee streepjes. Twee streepjes die haar leven de vervulling zouden geven waar ze vol hartstocht naar verlangde.

Ze was zo opgetogen geweest toen ze hem het nieuws vertelde. Na die ene nacht hoopte ze dat hij nog open zou staan voor een kop koffie samen, en met het schaamrood op haar kaken had ze hem uitgenodigd. En hij kwam.

Zijn ogen hadden een zachte opslag gehad na haar nieuws, zacht maar vastberaden.

‘Er zit niks anders op dan dat je het weg laten halen Nouk, want ik wil absoluut geen kinderen. Nooit. Dat soort verantwoordelijkheid past niet in mijn leven. Nu niet en later ook niet. En ik pas ervoor om over twintig jaar geconfronteerd te worden met een kind dat contact wil. Geld wil of nog erger. Dit kind is ook van mij en het mag er niet komen. Een nachtje pret moet zonder gevolgen blijven. Zeker dit soort ongewenste gevolgen.’

De test was ook nu weer verkleurd. Het bewijs van dat nieuwe leven dat in haar buik groeide.

Ze had hem gesmeekt om van gedachten te veranderen. Op haar knieën zelfs. Maar hij was onverbiddelijk geweest.

Ogen

‘Ik onderneem stappen als het moet. Als jij die abortus weigert te ondergaan. Ik heb evenveel beslissingsrecht als jij en ik zeg nee’.

De woede die in haar ontstond na zijn onvermurwbare weigering had ook haar verbaasd, en het grote mes had als vanzelf in haar hand gelegen. Ze kon zich niet herinneren dat ze het gepakt had. Looiig en vastberaden lag het in de palm van haar hand genesteld.

Nouk keek naar hem, hoe hij daar voor haar lag. Dat machtige lichaam dat nu als een zielig hoopje mens op haar kille keukenvloer lag. Zijn bloed liep als knikkers in een op hol geslagen knikkerbaan langs de voegen richting de deur, haar spierwitte tegels voor altijd helderrood kleurend. Die zou ze nooit meer goed schoon krijgen. Zijn mobiel rinkelde weer zijn irritante deuntje. Die ongelofelijk prachtige ogen staarden in het niets, hun blik nu koud en leeg. Zonder twijfel had ze het lemmet diep in zijn lijf gestoken. En nog een keer. Hij had verbijsterd naar haar opgekeken tot het moment dat hij door zijn knieën was gezakt. Zijn blik voor altijd glazig.

Maar ze had niet anders gekund.

Deze ontmoeting zou niemand haar ontzeggen.