Inmiddels is het bijna een gewoonte geworden, zodra ze thuiskomt met haar mama en broertje loopt ze direct bij ons het pad op. En waar ze voorheen nog een tikkie bescheiden aan de brievenbus klepperde, staat ze nu met twee handjes op de voordeur te bonken.
Of buuffie even open wil doen want ze komt op visite.
Inmiddels is het niet meer alleen buuffie die in de markt ligt, de buurman wordt nu ook genoemd. Bij buuffie en buurman, hè gezellig.
Gister hoorde ik haar gebonk niet direct, ik was aan het bellen met mijn oudste en zag ineens haar lieve snoet voor ons raam verschijnen. Met een big smile vangt ze mijn glimlach, god wat ben ik dol op dit kind. Met een ‘sorry schat, Aimy staat voor het raam’ hing ik op.
Lekker bruut, ik weet het, sorry kind, ik ben ook heel erg dol op jou 🙂
Terwijl ik de voordeur open doe roept ze al blij ‘jas uit’. Geen tijd voor andersoortig geknuffel, die bewaard ze voor later. Soms gaat die jas al uit voordat ze überhaupt binnen is. ‘Schoenen uit’, roept ze blij.
‘Zullen we de voordeur eerst dicht doen schat’.
‘Ja koud’, zegt ze plechtig terwijl ik de deur dicht mag doen. Blij stort ze zich op de auto’s die op het richeltje in de gang staan.
Auto’s
Inmiddels krijgt ze ze alle vier in haar armpjes mee, al kost dat wel wat moeite. De frons en de concentratie op haar toetje spreken boekdelen. Samen zitten we op de grond alle auto’s een gier te geven. Giechelend kijkt ze naar ons op. Je zou der opvreten, echt.
Ze ziet alles, deze onderdeur: de gouden kerstster die ik nog steeds moet opruimen maar die nog zo leuk aan het openhaardrek hangt, de lampjes in een van de auto’s die aan kunnen, wat ik haar ooit liet zien en wat ze gewoon onthouden heeft, en de chocola op tafel die ik suf genoeg nog niet had weggehaald.
Haar ogen glimmen als ze die ontwaart ‘mmm, chocola’
Ik houd een hele verhandeling over ‘zo meteen eten en deze zijn bleh’ terwijl ik ze weg zet, maar ze is het alweer vergeten.
Want er moet geslapen worden. Ook vaste prik inmiddels. Samen met buuf languit op het kleed, de auto’s naast ons. Zachtjes nepsnurkend houd ze het wel 1 seconde vol, dan doet ze net alsof ze wakker schiet en volgt er een lachsalvo. Ze glimt van pret en wij glimmen mee.
Na nog een paar rondjes van hetzelfde ruimen we weer op. Snel rent ze voor mijn armen weg naar de keuken. Ik geniet van haar uitbundige lach als ik haar uit de keuken vis. Bij buuf op schoot gaan jas en schoenen weer aan. Buurman krijgt een dikke knuffel, de beer op de trap wordt nog vol hartstocht op zijn koppie gezoend en stiekem wil ze gewoon lopend van de trap ( op je billen roep ik streng waarna ze braaf gaat zitten, de laatste tree mag ze aan mijn hand springen)
Buuf krijgt nog een driedubbele knuffel en een dikke plakkus. Blij loopt ze weer naar mam, 1 deur verderop. Deze buuf is weer een blij mens.
Dag schatteboutje, tot snel!