Werkstress

Ik ben druk, ik voel het in mijn botten. Of eigenlijk voel ik het aan mijn slaapritme. Waar ik voorheen als een blok in slaap viel, lig ik nu wakker. Te lang wakker. Fysieke ongemakken dienen zich in golven aan en doen mijn gemoedsrust geen goed.

Ik herken het allemaal maar er is voor nu geen ontsnappen aan. Geen ruimte om een versnelling terug te schakelen.

De feestdagen zijn bij ons standaard druk. Alsof de hele regio ineens allemaal tegelijk in een crisis valt. Onze telefoons staat roodgloeiend. We spreken radeloze huisartsen, intens vermoeide mantelzorgers en wanhopige familieleden. Elke dag zoeken we naar die speld in die hooiberg.

2023

Om mezelf niet voorbij te lopen plan ik een ‘niks’ dag in, ook al weet ik dat er nog van alles te doen is. Ik compenseer mijn luie dag met een uur eerder starten met het werken, lunchwandelingen tijdens mijn pauzes om vooral in beweging te blijven en ontspannen kooksessie’s na een volle werkdag.

Deze week geef ik nog een scheutje extra, ga ik die extra versnelling nog een keer inzetten. Nog maar een paar dagen en dan is er weer een jaar ten einde, begint 2023 vol hoopvolle verwachting. En eindigt een voor mij heel rijk en fantastisch jaar.

365 dagen met meer dan ik ooit kan bevatten.

Ik wens iedereen een waanzinnig mooi en vooral gezond en liefdevol 2023 toe. Zonder oorlogen, armoede en egoïsme. Maar vol van liefde en voorspoed. Hoe waanzinnig mooi zou dat zijn…

Kerstbijzonder

‘Ik heb een fijne plek gevonden’, zeg ik terwijl ik mijn eigen ontroering om haar reactie wegslik. Buiten is het grijs en somber maar ik zie het niet meer, voor mij is alles voor even licht en warm. In een periode waarin veel niet lukt, is dit een onverwachte parel.

Hij is ziek, en aan het laatste stukje van zijn leven begonnen. Ze wonen nog thuis, samen, zoals ze al heel lang doen. Zij heeft een #dementie die bruut voortschrijd. Alles wat zij niet meer kon doen nam hij over, al maandenlang. Jaren inmiddels. Hij noemt haar zijn meisje. Het oogt ouderwets die twee samen, lieflijk en hecht. Een bijzondere en dierbare #liefde.

Op het moment dat zij alleen achterblijft is er een plekje nodig voor haar om te wonen, omdat alleen thuis niet meer gaat. Deze verzoeken krijgen we inmiddels wekelijks, de hoeveelheid kwetsbare ouderen die voor elkaar zorgen is groot. Het is een wankel evenwicht en uit balans raken kan in een vingerknip.

Familie

Ik spreek uitgebreid met de familie, we wegen voors en tegens tegen elkaar af en bespreken verschillende scenario’s. En hakken knopen door. Wat wel en wat niet indien hij overlijd. Ik kan niks beloven, ook al zou ik dat echt heel graag willen, maar ik moet eerlijk zijn. Dat er direct een plek voor haar zou zijn op dat ene cruciale moment is wishful thinking en zeer onwaarschijnlijk.

Weken gaan voorbij en ik volg de situatie. Inmiddels staat ze bovenaan mijn wachtlijst maar dat zegt niks, dan kan het alsnog maanden duren voor er beschikbaarheid is.

De laatste dagen voor kerst was ik al vroeg aan het werk. Om deze tijd van het jaar is het extra druk en dit jaar is geen uitzondering. Het voelt zelfs alsof er nog een extra versnelling is gevonden en de spoedmeldingen golven binnen. Als ik mijn mail open heb ik acuut een brok in mijn keel. Hij is in alle rust overleden die nacht, en diezelfde nacht heb ik bizar genoeg een plekje gekregen ergens. Een fijne plek voor haar.

Het voelt alsof het zo moet zijn, alsof hij er nog voor gezorgd heeft dat zijn meisje een veilig nieuw thuis heeft. Gekkigheid natuurlijk, ik weet het echt, en toch…

Live vind ik lastig

Ik heb het altijd lastig gevonden om ruimte te nemen voor mezelf. Nog steeds. Lijfelijk op de voorgrond staan past niet bij me, achter de schermen of in de schaduwen verblijven voelt beter. Als ik een geschreven reactie krijg op alles wat ik schrijf voel ik dat weer levensgroot. Die complimenten kan ik in alle rust tot me nemen, nog eens nalezen en er volop van genieten. Keer op keer.

In tegenstelling tot een ‘live’ compliment, die vind ik een stuk lastiger om in ontvangst te nemen.

Laatst kreeg ik een hele oprechte opsteker. Ik merkte meteen dat ik stond te schutteren en het ongemak kroop door mijn botten. Ik knikte maar wat schaapachtig en maakte me, getooid met rode wangen, uit de voeten. Nog nagloeiend zat ik thuis op de bank.

Ik ben er echt enorm blij mee, met mooie woorden over mijn columns, maar zo kwam het vast niet over ( sorry daarvoor lieve complimentengever :-)) Het is raar maar waar.

Compliment

Als ik eerlijk naar mezelf kijk, en dat kan ik inmiddels, dan gok ik dat het een karaktertrek is in combinatie met mijn opvoeding. Thuis werd er over heel veel niet gepraat, zo was het nou eenmaal. Ik kom uit een heel liefdevol nest, er werd echter niet scheutig gestrooid met ’trots op je’ of andersoortige aanmoedigingen.

Toch maakt het wel dat mooie oprechte woorden ontvangen een stuk ingewikkelder is. Mocht je dus iets van mij hebben gelezen en je wil het me vertellen, stuur me een berichtje. Die kan ik in alle rust ontvangen en er volop van genieten. Want dat doe ik dus echt volop. Meer dan eens 🙂

Pssst luister eens…

Afgelopen week verloor ik mijn geduld. Het is echt niks voor mij, maar die vloedgolf van binnen wegdrukken lukte me niet. Ook al was het meisje aan de andere kant van de lijn ontzettend vriendelijk. Ze volgde overduidelijk een lijstje. Vragen stellen in een vaste volgorde zonder echt naar de antwoorden te luisteren.

Na mijn reactie op de gestelde vraag pakte ze daarna simpelweg de volgende uit het rijtje. Ik herkende haar protocol, ze vergat echter het belangrijkste. Anticiperen op de gekregen antwoorden. Je past je protocol gaandeweg aan. Nu voelde ik me een kleuter die braaf op het hoofd getikt werd na elk antwoord, in plaats van dat er een gesprek ontstond. Halsstarrig hield ze vol en ik voelde mezelf van binnen exploderen. Uit frustratie en onmacht zei ik dat ik het gesprek ging beëindigen en hing op.

Ter bescherming van haar en van mijzelf. Woorden die eenmaal zijn uitgesproken draai je namelijk niet meer terug. Nooit meer.

Die ijlen voor eeuwig na en laten soms een nare klank achter. Een vieze smaak misschien wel. Bij de ontvanger en ook vaak bij diegene die ze uitspuwt, die voelt zich gedwongen tot iets wat niet valt terug te draaien.

Woorden

Maar naderhand voelde ik me schuldig. Bijna belde ik haar weer terug om aan te geven dat ik de frustratie over dat ‘niet gehoord worden’ de overhand had laten krijgen. Niet gedaan uiteindelijk. Want alle begin is moeilijk en ik hoopte vooral dat ze van ons gesprek zou leren.

Het deed me denken aan mijn eerste stappen op dat zorgpad. Wat was ik een schaap toen, en wat heb ik veel geleerd. En nog steeds leer ik.`Het blijft rete ingewikkeld om te communiceren met anderen. Goed te communiceren. Zeker als je eigen emoties je in de weg gaan zitten. Komt wat je wil overbrengen wel zo aan bij de ontvanger en vice versa. Pffff, succes ermee.

Ook in gezelschappen merk ik dat. Mijn voelsprieten voor sfeer staan vaak scherp afgesteld, die voelen spanning. En zonder dat er een onvertogen woord is gewisseld heb ik dan al een bal in mijn buik.

Dus ga ik anderen soms gewoon uit de weg. Uit zelfbescherming. Doordat een donkerheid ze omringd. Of een onprettige energie. Beter voor Cynt.

Knappies communiceren, ik geef het je te doen 🙂

Rondje om

Het is nog voor zevenen als ik de voordeur uitstap, een donkere en vooral knisperende wereld in. Het is ver onder nul en de kou baant zich een weg langs mijn wangen recht mijn hals in. Ik kruip nog wat dieper in de kraag van mijn jas. Mijn gedachten dwalen af naar alle #daklozen.

De mensen in nood.

Ik denk vooral aan het verhaal dat ik gister las over een man die op papier niet bestaat. Terwijl ik de weilanden inloop neem ik mijn eigen leven onder de loep. Sommige van die verhalen maken me extra dankbaar, ook al weet ik natuurlijk allang dat ik een bofkont ben. Natuurlijk mopper ik wat als ik de kachel een graadje hoger moet zetten omdat het koud is. Warmte is duur. Maar het kan wel. Daar werken we hard voor maar we kunnen ook hard werken voor onze centen.

Mijn #leven is van mij. Ik wist oprecht niet dat er mensen waren die op papier niet mogen bestaan. Het is te bizar voor woorden.

Onze eigen plek is een dierbaar bezit, die plek die zo helemaal van jou is en waar je weg kan kruipen. De wereld fijn buitensluiten. Met de gordijnen dicht zit ik in mijn eigen coconnetje.

Pure rijkdom

Net als mijn werk, ook een dierbaar bezit. Ik kan in mijn baan iets doen voor een ander, iets echts, en dat vind ik meer dan prachtig. Er is niets wat ik liever zou doen.

Zelfs mijn autootje koester ik. Ze is 21 jaar oud inmiddels maar ik geef niet om luxe, ze brengt me warm en droog van A naar B.

Het is pure #vrijheid, mijn leven zit er vol mee.

Terwijl ik mijn benen en wangen ijskoud voel worden denk ik aan iedereen die die fijne plek niet heeft, die dakloos is of niet de luxe heeft om de kachel hoger te zetten. Mag of kan werken en die niet een oud barreltje voor de deur heeft. Die niet in vrijheid leeft. Stevig doorstappend loop ik mezelf warm terwijl ik mijn gedachten laat verdwalen.

Anderhalf uur later stap ik mijn voordeur weer in, waar het warm is en de kasten gevuld zijn.

Tel jij ook je zegeningen weleens? Ik kwam handen tekort vanmorgen 🙂

Niet gemist

Ik realiseerde me vanmorgen dat ik het niet heb gemist. De troep in huis heb ik niet gemist, dat alles wat ik vastpak stoffig en stroef voelt heb ik zeker niet gemist, en ook het ‘moeten’ had ik achter me gelaten. Het geeft een specifieke energie in ons leven en een vorm van ‘aan staan’.

Toch is het ook echt positief want het zorgt weer voor een nieuwe verbinding tussen ons. Samen zitten we op #pinterest plaatjes te zoeken en discussiëren we over de mogelijkheden. Wat vinden we mooi en wat zouden we nou echt willen. Hoe klein ook, zo’n wc is naast functioneel ook belangrijk op een andere manier. Ik vind mooi ook absoluut onderdeel van.

Doordat we al drie van onze paleizen hebben aangepakt rollen we automatisch in een vaste structuur, de structuur die we ons eigen hebben gemaakt tijdens de afgelopen dertig jaar dat wij een setje zijn. We leerden hoe we elkaar duidelijk konden maken waar onze wensen lagen zonder steeds in discussies te belanden waarin we tegenovergesteld stonden.

We leerden heel goed om water bij de wijn te doen en respect te hebben voor elkaars standpunten.

Verbouwen

De ultieme relatietest is samen op vakantie zonder de kinderen las ik laatst ergens. Of een verhuizing, ook geen sinecure. Voeg daar maar ‘samen een huis verbouwen’ aan toe. Voorbij je eigen vermoeidheid of onmacht ook oog hebben voor elkaar leert je heel veel over die ander.

En over jezelf.

Voorbij alle stress en de enorme dieptepunten, want die waren er ook, viel er ook zoveel te genieten. Rond de winterperiode in 2018, toen we geen keuken of huiskamer hadden, kropen we na weer een lange werkdag vroeg in bed. Giechelend aten we met enige regelmaat pizza in bed.

Drie maanden later had ik het mooiste huis van de hele wereld!

Of die keer dat ik moe thuiskwam uit mijn werk en de liefste die middag snel de nieuwe douchekop op had gehangen zodat ik onze badkamer eindelijk in gebruik kon nemen.

Die eerste douche voelde nooit fijner dan op dat moment, na maanden aanklooien in een nooddouche.

Daar houd ik me dus aan vast tijdens deze laatste verbouwing. Aan de rijkdom van al die momenten en al die parelende overwinningen van ons 🙂

Het laatste kreuntje

Dat laatste ‘dat moet echt nog’ project is van start gegaan. En daar hebben we lang zin voor moeten zoeken. Weer stof, weer puin wegbrengen en weer bedenken ‘hoe willen we het en hoe krijgen we het zo mooi’. Het is niet voor het eerst dat we iets wat heel oud is slopen, en er iets nieuws voor in de plaats maken.

En we zijn juist zo heel erg toe aan ’tijd over hebben’ en aan een huis zonder stof. Zonder bouwstof tenminste, gewoon stof ligt er zat 😉

Af en toe ergerde ik me groen en geel, en er waren ook weer periodes dat ik het niet eens meer zag, dat die pot echt oud was. Nog niet zo lang geleden werd ons riool vernieuwd, weer een stapje van ‘oude troep’ naar ‘spliksplinternieuw’ gezet. Het perfecte moment om door te pakken wat mij betreft. Maar de liefste bleek uiteindelijk op een andere manier gevoelig voor mijn ‘ik ga een vakman inhuren want ik ben het zat’ opmerkingen. Ik wilde hem niet plooien richting weer een klus. Ik wilde hem plooien richting: we laten het lekker door iemand anders doen.

Toch besloot hij eigenwijs zelf die vakman te zijn. Natuurlijk. Ook al hij heeft genoeg geklust voor drie mensenlevens. Voor vier misschien wel.

Klus

Want samen verbouwden we al drie keer ons eigen huis, drie verschillende welteverstaan, waarbij hij het leeuwendeel voor zijn rekening nam. En ook voor onze dochters zijn we meer dan eens in onze kluskleren gesprongen. Ik ben altijd de domme kracht. Ik rijd naar de belt, ruim op en zorg voor de inwendige mens. Help sjouwen waar ik kan, schuur en schilder. Het uitdenken van de hele klus en het maken van de ingewikkelde dingen laat ik voor hem liggen.

Maar samen komen we een heel eind. Steeds weer. Samen. Team Poen fikst het steeds opnieuw, ondanks tegenvallers en momenten van stress. Ik ben inmiddels echt goed met een kruiwagen 😉

En nu dus die oude plee, van ‘niet om aan te zien’ naar ‘prachtig’. Het slopen is inmiddels bijna gedaan. Kom maar door met die gouden pot. Eindelijk 😉

Onhandig

Zo af en toe probeer ik nog weleens iets te leren wat buiten mijn capaciteiten ligt. Onhandig begeef ik me op een pad die niet als de mijne voelt. Soms werkt het, vaker werkt het niet.

Zoals die bundel creëren. Zonder de hulp van stichting ‘Uit je ervaring‘ was het me niet gelukt. Dank je wel Bob en consorten, ik ben nog elke dag blij met jullie! Toch vind ik het lastig om afhankelijk te zijn van anderen. Ik heb nou eenmaal graag zelf de regie, maar sommige dingen kan ik niet.

Te weinig kennis van die andere wereld.

Daarbij maak ik nog regelmatig fouten in mijn schrijfwerk. Ik zie het gewoon niet, het is mijn absolute blinde vlek. Niet dat ik me erdoor laat weerhouden, maar het is best suf.

Mijn stukjes zijn eigenlijk net als ik ben: best leuk maar verre van perfect 😉

En hoe graag ik het ook leuk zou willen vinden, mezelf verkopen of anderen vertellen dat ze mijn boek zouden moeten lezen vind ik afschuwelijk. Ik roep het wel, zo af en toe, terwijl het schaamrood me op de kaken staat.

Maar leuk is anders.

Thriller

Diep van binnen roept dan namelijk een stemmetje tegen me dat ik niet zo blaaskakerig moet doen. ‘Doe maar normaal meid, wie heeft er nou interesse in wat jij te vertellen hebt’. Maar omdat ik zoveel bewondering heb voor heel veel van die boekenschrijvers leek dat voor mij als de ultieme kers op de taart.

‘Als ik toch eens zou kunnen schrijven, om anderen te laten genieten van mijn stukjes of van een verhaal :-)’

Dus houd ik vol. Omdat ik het zo machtig mooi vind. Al mijn negatieve onderbuikgeroep verstomd namelijk direct als ik een mooie recensie krijg. Dan zit ik een poosje op wolken. Geloof ik in mezelf. Daarna wordt het weer stil maar dat geluksgevoel heb ik dan mooi meegepakt.

Mijn tegenslagen beslecht ik dus, voor dat ene doel. En ook die stemmetjes blijf ik tegengas geven. Want als ik mijn nieuwste boek zelf lees voel ik het enthousiasme opborrelen. Diep van binnen. Het zit solide in elkaar. En nee, het is geen Stephen king. Maar het is wel een echte Cynt. Elk woord, elk scenario en elke plottwist heb ik zelf bedacht.

Ik heb een thriller geschreven.

En tegelijkertijd mezelf overwonnen, zo voelt het. En daar ben ik razend trots op.

Vooruit met frisse moed

Na mijn meltdown van gister heb ik mezelf weer opgeraapt. Geen zin om te blijven hangen in al het geneuzel. Ook dat past echt bij wie ik ben. Mijn volgende stap is al uitgedacht, tijdens dat rondje duin vanmorgen. Vanzelfsprekend deed ik dat tijdens het wandelen.

Soms moet je daar niet al te snel mee zijn, met die vervolgstappen. Op zijn tijd moet je achterover kunnen leunen en zien wat er gebeurd. Of er mooie dingen op je pad komen. Maar ik heb nou eenmaal graag de touwtjes in handen, en een oprecht geloof in ‘als het zo moet zijn komt het vanzelf’.

Zo denk ik.

Dus heb ik een knoop doorgehakt. Als ik mijn manuscript niet binnen afzienbare tijd terug heb dan stop ik ermee. Ga ik naar andere wegen zoeken. Inmiddels heb ik een lieverd benaderd of zij mijn manuscript wil redigeren. Dan ga ik zelf voor de kosten opdraaien, het zij zo.

geloof

Me 🙂

Want ik geloof in mijn boek. Niet om in de toplijsten te verschijnen, de vondst van de eeuw te zijn of een onvervalste bestseller te worden. Hij is meer iets om mee weg te kruipen in de hoek van de bank. Kaarsjes aan, een volle pot thee en verdwalen in mijn fantasie 🙂

In mijn boek.

When push comes to shove ga ik het fiksen. Het is niet zoals ik het gedroomd heb maar dat is dan maar zo. Veel in mijn leven liep niet zoals ik het op voorhand had gedroomd. Hoge bergen en diepe dalen, ze kwamen allemaal al voorbij. Maar ik heb niks te klagen en sommige dingen zijn zelfs mooier geworden dan in mijn fantasie.

Janken en door.

En hoe erg is het nou echt dat mijn boek dus niet met de feestdagen in de winkel ligt, dan ligt ie er komend voorjaar, ook leuk. Het voelt zalig om niet meer te hoeven trekken aan een dood paard, want zo voelde het wel de laatste tijd. Die touwtjes die ik weg had gegeven heb ik weer stevig in eigen hand.

Kom maar door met dat volgende avontuur!

Onbehaaglijk

De laatste weken bekroop me een nieuw gevoel, en eentje waar ik niet heel gelukkig van werd. Na alles wat ik al had overwonnen bleek ik toch ineens in een oude valkuil te zijn getrapt. Vasthouden waar ik eigenlijk los moet laten.

Via dat #Stapbudget was ik begin dit jaar een #schrijfopleiding gestart. Echt heel leuk maar er waren nogal wat kinderziektes die verslagen moesten worden. Bij de schrijfopleiders, niet bij mij, ik had die kinderziektes al gehad. Het contact en de lessen verliepen verre van soepel.

Maar ik liet me niet uit het veld slaan. Mijn einddoel had ik duidelijk voor ogen, en ik zou niet rusten voor het was behaald. De begeleider die ik kreeg toegewezen was een aardige vent maar hij had zoveel schrijvers toegewezen gekregen dat er amper tijd was voor mij.

Wederom geen reden om ontmoedigt te raken, ik beet me juist vast.

Braaf ging ik aan de slag met zijn tips en haalde informatie op waar ik maar kon.

Urenlang schrapte, schreef en poetste ik op. En langzaam maar zeker viel het kwartje, ik snapte waar het op punten schuurde. Leren schrijven is een proces en eindigt nooit. Maar halverwege dat proces kreeg ik geen contact meer met mijn coach, afspraken werden niet nagekomen en ik zag mijn droom in duigen vallen.

Op zijn Cynts bleef ik stug volhouden. Dat verleidelijke visioen van mijn boek hield ik stevig vast.

Schrijfopleiders

De eigenaar van de schrijfopleiding werd na weken van stilte mijn nieuwe contactpersoon. Verre van ideaal natuurlijk, directeuren zijn druk, vooral als ze meerdere uitgeverijen beheren, en ik behoef aandacht 😉 In de wandelgangen en via social media bleken er ladingen mensen te zijn gestopt. Vanzelfsprekend bleef ik hardnekkig volhouden. Steeds opnieuw werden er beloftes gedaan die niet na werden gekomen. Geen controle hebben op je eigen manuscript of hoever ze zijn met het redigeren van al mijn woorden maakte me gek. Zo ga je niet met mensen om, behoor je niet met mensen om te gaan. Maar ja, zelf in die valkuil gestapt. Eigen schuld, dikke bult

Gister verloor ik mijn geduld.

En dan moet je het echt wel bont maken hoor. Maar ik was het echt spuug-spuug en spuugzat. Ik had een totale emotionele meltdown. Pfoe. En weer kreeg ik een belofte. Volgende week krijg ik mijn manuscript terug van de redactie.

Ben benieuwd. Maar op de schaal van ‘moedeloos zijn’ zit ik inmiddels wel echt aan mijn tax… Als dit goed komt dan zou dat een regelrecht wonder zijn.