Boven verwachting

Vanmorgen stond ik voor de spiegel, en ik moest grijnzen om de blik in mijn eigen ogen.

Dat ik die door mij geschreven letters in een boek heb weten te krijgen vind ik nog steeds ongelofelijk. Inmiddels heb ik zelfs een stapeltje van dingen die ik zelf of deels zelf heb geschreven. Een stapeltje notabene! ( twee verhalen, een gedicht en een heel boek vol :-))

Als meisje wilde ik niets liever dan ergens talent voor hebben. En toen ik volwassen werd wilde ik dat nog steeds. Uitblinken in wat dan ook. Ik vond mezelf namelijk nogal gemiddeld. Ik kon heel veel een beetje maar niks kon ik heel goed. En dat leek me nou eenmaal heel erg geweldig, iets heel erg goed kunnen. Muziek maken, heel slim zijn of vreselijk populair en vlot zijn 😉 Inmiddels straal ik omdat ik lekker mezelf ben, en ik ben meer dan genoeg.

Afgelopen week kreeg ik het verzoek om een deel van mijn boeken te komen signeren, vijftien stuks tegelijk. Het was zo leuk om die enorme stapel voor je neus te hebben liggen. Onwerkelijk maar tof, heel tof. Ik heb ze allemaal met liefde gesigneerd.

Stapeltje

‘Ben je al bezig met deel twee’? vroeg ze, toen ik die hele stapel een krabbel had gegeven. Ik moest oprecht even grinniken want ik geniet voorlopig nog wel een poosje van dit exemplaar. Want een boek creëren dat daadwerkelijk in de boekwinkel komt te liggen is echt geen sinecure, daar gaat nogal wat aan vooraf. Schrijven, een volwaardig manuscript afleveren, binnenwerk dat gemaakt moet worden. Controleren, en nog eens, en nog eens. Het ontwerpen van de kaft en de titel( nou ok, de titel had ik al, de kaft nam de uitgever zijn rekening) De proefdruk checken (wat echt zo leuk is) Daar gaan maanden overheen. Wat betreft het schrijven, dat deed ik de laatste jaren steeds in stukjes. Maar ik heb best wat delen herschreven, die anders moesten, beter. En nog zou ik wel weer hier en daar wat willen aanpassen, is een boek ooit af?

Elke dag loop ik een rondje door de plaatselijke boekwinkel. Het is verslavend om jezelf te zien liggen tussen al die bekende namen. Daarna doe ik nog een rondje etalage en vergaap ik me daaraan want ook daar lig ik nog pontificaal te pronken. Of er een deel twee komt is dus nog niet zeker. Misschien wordt mijn volgende bundel wel een verzameling van mijn kampeeravonturen, want ook die worden gretig gelezen.

Tot die tijd zweef ik op een wolkje, en daar blijf ik nog wel even 🙂

Advies van een kopje thee

Hele onverwachte gebeurtenissen zetten je soms heerlijk aan het denken. Vanmorgen was dat door het zetten van een simpel een kopje thee, want tegenwoordig staan er vragen op dat theelabeltje. Lees je die weleens, die vragen? Hij was leuk, vanmorgen, en ik kon niet anders dan grijnzen. ‘Welk advies zou jij je jongere zelf geven’ stond erop. Als ik aan mijn jongere versie denk, dan gok ik dat ik niet naar mijn eigen advies zou luisteren. Ik was een tikkie eigenwijs, zo was ik altijd al, vanuit onzekerheid en tegendraads zijn, en inmiddels heb ik leren houden van die eigenschap 🙂

Ik zou graag tegen dat jonge kippie willen zeggen hoe prachtig ze is, en dat ze zich niet zo druk moet maken over allerlei onzinnigs. Maar al die worstelingen van toen, hebben me wel naar dit punt gebracht. En ook al waren al die worstelingen echt niet prettig, dat zijn maar weinig worstelingen tenslotte, zonder dat stond ik nu niet hier. Want wat als ik dan dingen over had geslagen, of anders had gedaan, was ik dan ook wel op dit punt beland?

Aan iedereen die nu jong is zou ik willen zeggen dat ze prachtig zijn, en vooral goed genoeg. Al die berichten over jonge mensen die aan zichzelf laten sleutelen, zaken op laten spuiten met botox of lichaamsdelen laten opereren. Hoe moet dat over twintig jaar? Dan kan je wel een stempelkaartje nemen bij de ‘lift en trek strak-kliniek’. 🙂 Accepteren wie je bent is de krachtigste boodschap die er bestaat, schouders recht en kin omhoog.

Worstelingen

Ik zie bij mezelf heus de rimpels hoor, en de rest van mijn lijf dat met rasse schreden verouderd. En soms vind ik dat ook lastig, daar ben ik heel eerlijk in. Maar om er dan maar in te laten snijden, in dat gezonde lijf, nou nee. Want wat doet al dat gesleutel met je als je ouder wordt. In mijn werk kom ik ook soms ouderen tegen waaraan is gesleuteld, en dan wil ik heel hard roepen naar iedereen die dat nu wil doen: doe maar niet, het is afschuwelijk, oprecht, die disbalans van dat lijf.

Ik verbaas me over vrouwen van mijn leeftijd die elke rimpel op laten spuiten of strak laten trekken. Want de rest van je lijf verouderd ook, dus hoe houd je dat knapjes denk ik dan. Zelf weten, natuurlijk, vooral lekker zelf weten. En als je het echt mooi vind, moet je het vooral doen. Ik vind het vooral heel erg zonde, want dat onnatuurlijke strakgetrokken hoofd, daar zie ik de schoonheid niet van in. Zeker nu ik laatst noodgedwongen in mijn gezicht moest laten snijden, vind ik er het mijne van, want het is niet zonder risico, dat opereren.

Uitstraling, liefde en een warm hart, vriendelijk zijn voor een ander mens, daarin huist in mijn ogen ware schoonheid. Ik neem mijn rimpels voor lief, want al die kraaienpootjes komen vooral van heel veel uitbundig lachen. Gieren tot ik scheel zie, lof it. Mijn rimpels zijn dus eigenlijk een gevolg van dat volop genieten van het leven. Waarom zou je dat ooit uit willen vagen, toch?

Oefenkilometers

Ik ben nogal van de eenvoud, voortbewegen doe ik het liefst met mijn eigen benen. Gaat niet heel snel maar ik hoef nooit bang te zijn voor lekke banden, lege benzinetanks of drukte op de weg. Ik loop gewoon van A naar B en dat vind ik heerlijk.

Daarbij ruimt dat hoofd van mij zichzelf op tijdens dat lopen, naast dat werken aan mijn conditie is dat ook niet onbelangrijk, een schoon hoofd. Het is namelijk weleens anders geweest, heel lang anders geweest. Dat hoofd draaide en gierde alle kanten op, ik moest altijd van alles. Van mezelf welteverstaan.

Pas nadat ik leerde om iets liever voor mezelf te zijn kwam de rust in mijn leven terug. Zei ik ook gewoon eens nee, deed ik spontaan wat ik zelf wilde doen. Ik luisterde naar mijn eigen stem in plaats van altijd naar die van een ander. Eindelijk.

Nu ik gestart ben met het Pieterpad geeft dat weer een hele andere energie, ik vind het machtig mooi dat ik begonnen ben. Ik plan wat trainingsrondjes om mezelf zo het vertrouwen te geven dat ik het kan. Fijn om voldoende kilometers in de benen te hebben. Dat ik alleen op pad ben vind ik lekker, kan ik mijn eigen tempo volgen.

Blaren

De liefste is van de sponsoring, die gaat me naar het volgende startpunt brengen en ik ga vervolgens met de trein weer naar huis. En de daaropvolgende etappe doen we het andersom, ik stap op de trein en start met lopen, hij pikt me op aan het einde. Zo zit het in mijn hoofd tenminste.

Vandaag maakte ik een heerlijk rondje. Ik loop nu vanuit huis ook met een rugzak voor de gewenning. Niet alleen om met dat ding op mijn rug te lopen maar ook ivm de warmte. Vrouw in de overgang namelijk, ik heb het zelden koud en dat ding op mijn rug zorgt voor extra warmte. Daar moet ik dus aan wennen. Tot mijn verbazing liep ik vandaag twee kanjers van blaren op mijn voeten, dat is me in jaren niet gebeurd. Op advies van mijn mede pieterpadlopers heb ik teensokken besteld, ben benieuwd hoe dat gaat.

Keep you posted!

Gestart!

Ik vond het stiekem best spannend, als ik eerlijk ben, om te starten. Want het lopen doe ik in mijn uppie. Niet dat het lopen zelf nou zo spannend is maar in een voor mij onbekende omgeving een flink eind lopen, ging ik dat leuk vinden? Thuis loop ik ook altijd alleen, muziekje mee en fijn wat dwalen, maar dat is toch anders. De liefste kan helaas geen einden lopen, die gaat dus nooit met me mee. Niet erg, ik loop graag alleen.

Al na de eerste meters, waarbij ik de eerste afslag al miste, was ik verkocht. Mijn petje af voor de mensen die de route ooit uitgezet hebben en voor de mensen die hem nu onderhouden. Hij is geweldig, nu al. Ik mocht door allerlei velden lopen, over het terrein van anderen welteverstaan, via boerenerven en langs ‘kruip door sluip door’ dat allemaal Pieterpad heet. Ik ben een Stam he?! Absoluut dol op ‘kruip door sluip door’.

Meters

Die eerste etappe was al allemachtig prachtig en ik was razend trots op mezelf. Fout lopen lukt bijna niet zei het routeboekje en het is helemaal waar, het wijst zich vanzelf. Er liepen een stuk of acht andere wandelaars vandaag, in beide richtingen kwam ik ze tegen. Er was onderweg zelfs een zitje waar je kon uitrusten en een boekje om iets in te schrijven. Het pieterpad leeft, en hoe!

Ik verheug me vooral op al dat moois dat er nog in het verschiet licht, vandaag was al zo prachtig. Gewoon mijn ene been voor het andere en uitgebreid om je heen kijken. Wuivende graanvelden, talloze bruggetjes en oude begraafplaatsen. Kronkelweggetjes en groen in duizend schakeringen. Het is geweldig om mijn eigen land op deze manier te ontdekken. Met mijn eigen lijf, niks meer, niks minder.

Etappe nummer twee is wel wat langer dus ik ga op voorhand wat oefen meters maken. Maar ik kan niet wachten om weer op pad te gaan!

Het Pieterpad

Mijn bundel heeft me zelfvertrouwen gegeven. Als ik een boek kan schrijven, dan ligt er misschien nog veel meer voor me in het verschiet. Er dwarrelen wel meer doelen in mijn hoofd rond die ik zou willen behalen maar het Pieterpad lopen staat al een poos op mijn verlanglijstje. Nederland is prachtig en tijdens dat lopen kom ik vanzelf op plekken die ik zelf niet snel op zou zoeken. Dat is ‘an sich’ een mooie bijkomstigheid en ik gok dat er meer volgen.

Meestal wandel ik in mijn eigen buurt, even naar het strand, een rondje duin of de polder in. Het verveelt me nooit, dat vooropgesteld, maar dat verlangen om lopend heel Nederland te verkennen bleef maar roepen. Geen idee waarom maar het lijkt me oprecht geweldig.

Lopen

Dat wandelen heeft me in het leven meer dan eens de juiste weg gewezen, als ik het even niet meer wist ging ik naar buiten. Gewoon, mijn ene been voor mijn andere zetten en lukraak zonder doel in de rondte zwerven terwijl ik mijn gedachten hun gang laat gaan. Ik voelde me altijd beter na een paar uur lopen, zonder uitzondering. Alles wat me dwars zat had ik dan op een rijtje en vaak ook wat ik eraan moest doen. Maar het leerde me ook om te kijken naar wolkenluchten die steeds maar weer veranderen, om naar al die natuur te kijken. Als je echt kijkt ontdek je steeds weer zoveel nieuws. En dat wil ik nu ook verder van huis, ontdekken van mooi.

Inmiddels geloof ik dat als ik mijn zinnen ergens op zet, dat het me dan ook lukt. Ik moet het graag genoeg willen ( mits ik behaalbare doelen stel vanzelfsprekend, niet teveel van de waanzin die ook rondspookt in mijn bol een stem geven ;-)) en er dan voor gaan. En een nieuw wandelavontuur is dus mijn volgende ’te behalen’. Nieuwe mooie plekjes ontdekken en fijn buiten zijn, ik kijk er oprecht naar uit.

De routeboekjes zijn in huis gehaald en de eerste staat op korte termijn gepland. Ik kan niet wachten om te starten!

Niet eentje

Zijn ogen lachen, tussen een lading rimpels door knipoogt hij naar me. Ik grijns terug en help hem overeind. Vanavond lukt dat maar moeizaam, hij is moe en het lopen gaat trager dan anders. Als hij eenmaal op het stoeltje van de traplift zit krijgt hij weer praatjes, dat is altijd een fijn moment. Ik help deze meneer al jaren als laatste naar bed, als laatste van een lange avondroute, en we zijn op elkaar gesteld geraakt.

Terwijl ik al kletsend achter de zoemende traplift de krappe trap oploop gaat er boven een deur open. Een slaperig kind met verwarde haren kijkt om de hoek van de deur. Vanavond mocht ze een nachtje bij opa en oma logeren en zij wil de ‘blonde zuster’ ook even gedag zeggen. Ik glimlach en zwaai, vraag hoe het op school gaat en op paardrijles. Van onderaan de trap roept oma dat ze weer naar bed moet. Nog een laatste knipoog en met een zwaai verdwijnt ze weer achter de deur. Ik vind het zoet, dat ze ook even kwam kletsen, dierbaar.

Avonddienst

Als je maar vaak en lang genoeg langs komt wordt je onderdeel van, of je wil of niet. Je gaat horen bij dat dagelijks leven van die zorgvrager. Tijdens mijn avonddienst op oudejaarsavond staat er altijd een bordje ananasflappen klaar, weigeren is geen optie 😉 Ik zie kleinkinderen door de jaren heen opgroeien, leef mee met ziek en zeer, en ik neem vaak afscheid. Heel vaak.

Voor ik wegga zorg ik dat de dekens niet te strak om hem heen zitten, dat zijn armen boven de dekens liggen, dat wat hij nodig heeft binnen handbereik is. Hij voelt zich opgesloten als zijn armen te stijf onder die zware dekens liggen, geen kracht meer om ze er zelf onder vandaan te halen. Dat is ook een gevolg van lang voor iemand zorgen, hij hoeft me niets meer uit te leggen.

Tijdens mijn zomervakantie beland hij in het ziekenhuis, thuis komt hij niet meer. Zij kleinkinderen groeien verder op zonder opa. Ik mis zijn gekkigheid aan het eind van mijn avonddienst, mis zijn positieve natuur ondanks die fysieke achteruitgang die hem zo beperkt, de mop die hij standaard vertelde als ik hem naar bed hielp.

Zoveel bijzondere mensen in mijn leven, ik vergeet er niet eentje.

Mijn dierbare fiets

Hemelsblauw was ie, en zo snel en elegant als een fiets maar kon zijn. Mijn allereerste racefiets was een pracht en de helft ervan had ik helemaal zelf bij elkaar gespaard. Die eerste prachtfiets vergeet ik nooit meer, net als die ene waar ik dat rottige ongeluk mee kreeg. Die had een Brooks zadel, man wat zat dat heerlijk, ik was dol op die fiets. Ik was na een week of zes weer heel gelukkig, mijn dierbare zadel was helaas voor altijd aan gort.

Toen mijn mama fiets werd gestolen, ik gok nu alweer zo’n 25 jaar geleden, was ik volkomen onthand. Zonder rijbewijs en met twee kleine kinderen moest ik ineens alles lopend doen. Werk, boodschappen, naar school. Zwemles en doktersbezoeken. Het lukte me prima maar ik weet nog hoe ontzettend verdrietig ik was zonder mijn trouwe fiets. Gelukkig werd hij een paar dagen later gevonden bij het kermisveld, inclusief de twee kinderzitjes die erop zaten. Ik was de koning te rijk.

Tijdens onze vakanties stap ik steevast vroeg in de ochtend op de fiets om in het gehucht waar we kamperen op zoek te gaan naar een bakker. Wat een zaligheid vind ik die ontdekkingstochten altijd, het is mijn ultieme vakantiegevoel. Loom trappend ontdek ik mooie nieuwe plekjes.

Bakfiets

Mijn hele leven heb ik altijd goede fietsen gehad. Met een vader die gek is op zijn fietsen ( hij had er altijd meer dan eentje tegelijk) was dat een natuurlijk gevolg. En nog steeds heb ik een fijne fiets waar ik graag op rijd, het geeft een hoop vrijheid. Stiekem vind ik de bakfiets dan ook geen vooruitgang. Ik begrijp de achterliggende gedachte van die apparaten maar daar blijft het bij.

Een fiets is handzaam, lekker wendbaar en je moet nadenken. Wat kan wel en wat kan niet mee, en dus niet gewoon maar alles. Met mijn kindjes dicht bij me vloog ik alle kanten op. Niks mis met een gewone fiets en je eigen lijf aan het werk zetten. Mand voorop, fietstas, wat heb je nodig tenslotte. In kampeerland wordt de laatste jaren alles groter en groter, we slepen alles mee tijdens dat vakantie vieren. Net als op die fietspaden alles groter en groter wordt, tegenwoordig struikel je erover, over de bakfiets. Die zitten vol met zooi, de kinderen passen er nog maar amper bij.

Waarschijnlijk ben ik van dat uitstervende ras die gaat voor simpel en eenvoudig. Een tikkie hippie of een tikkie ouderwets, je mag zelf kiezen 😉

Spierwit

Ik mijmer me tijdens onze reizen helemaal te pletter. Daar is tijd zat voor want de liefste rijd en ik ben voor al het randgebeuren. ‘Stop linksaf’ roepen als ik een leuke camping voorbij te zien komen, die soms alsnog vol treurnis blijkt te zijn. Broodjes en ‘diesel van je handen veegwipes’ paraat hebben wanneer nodig, koel en warm drinken en ga zo maar door. Ik ben van de voorbereiding en het plannen en zorg dat ik de meest maffe dingen voor de grijp heb. Maar tijdens die zeeën van tijd tussendoor kan ik lekker wegdromen terwijl ik van al dat buiten geniet.

Ik probeer foto’s te maken terwijl we langs mooie plekjes rijden, schrijf in gedachten wat ik in een later stadium op papier wil zetten en verbaas me over alles wat ik voor bij zie komen. En dat was deze laatste vakantie al het wit op de weg. Elke caravan en de wat grotere camper, ze zijn allemaal zo ontzettend maagdelijk.

Camper

Alles wat afwijkt van een standaard kampeerartikel heeft vaak een kleurtje, knalrood, citroengeel of appeltjesgroen, opgewonden zit ik te genieten als ik er weer eentje voorbij zie komen want ik houd zo van anders en buitenissig. Maar zodra je in het wat grotere kampeersegment beland zijn ze bijna allemaal wit. Doodzonde.

Het zal vast met geld te maken hebben, zoals het meeste tegenwoordig met geld te maken heeft, of wellicht dat de neutraliteit ervan beter verkoopt maar man o man wat vind ik het saai. Fantasieloos. Zeker op de campings waar ze in de avond in een rijtje staan opgesteld, en die campings zag ik de laatste weken helaas veel te veel, is het maar een neutrale bedoening. Tijdens een gezellig rondje voor het slapen gaan zag ik ze keurig staan, allemaal in het gelid en allemaal wit. Veel te wit. ( dat netjes in het gelid moet in Zweden hoor, op last van de brandweer, daar kan die camperaar niks aan doen ;-))

Lieve camperbouwers, doe eens gek, geef ze eens een gezellig kleurtje. Of bloemetjes. Al geef je ze racestrepen 🙂 Die verkopen vast ook heel leuk en alle andere kampeerders hebben nog eens iets gezelligs om naar te kijken!

Gammel en gammeler

We zijn toch niet meteen naar huis doorgereden, en daardoor zijn we op een prachtige plek beland vlak aan de grens. Als een oase voelt het hier, een oase aan rust. Dus plakten we er nog een nachtje aan vast en verkenden we vandaag de omgeving die hier beeldschoon is.

De mussen vallen inmiddels dood van het dak, over extremen gesproken. Zo rijden we dagenlang in de rondte bij een graadje of negen en zo is het bloedheet. Ik mopper niet, maar de overgang is best pittig. Dat koutje dat we opliepen in Zweden voelen we nog steeds. Het opknappen wil niet echt vlotten nog, we zijn als gammel en gammeler. Geen achttien meer zeg maar 🙂

Bad Bentheim was een plaatje, oude bomen, bemoste stenen traptreden die naar een oogstrelende burcht leiden. Het was heerlijk om de toerist uit te hangen. Rugzak om en mooi kijken, want dat kan ik prima. Alleen het fototoestel om mijn nek ontbrak, maar verder…

Mooie omgeving

Bad Bentheim

De rest van de middag lagen we echter gevloerd in de schaduw bij te komen. Een overduidelijke teken dat het mooi geweest is. De periode die aan onze vakantie voorafging was best druk. Met werk, met dat boek van mij dat uitkwam en alle andere rompslomp die die dagen zo lekker vullen. Om vervolgens te gaan roadtrippen, we zijn inmiddels 6200 km verder. We hebben waanzinnig veel moois gezien maar een paar dagen nog thuis studderen voor de plicht roept leek ons ook fijn.

Dus zet ik een punt achter ons kampeeravontuur, voor nu. Deze camping komt op het lijstje ‘absolute terugkomer’ want we komen hier graag nog een keertje, met onze fietsen. Hij heeft alles wat ik graag wil op een camping. Rust, een mooie omgeving en een zalige broodjesservice 🙂 Alles is hier gewoon piekfijn in orde.

Tabee en toedeloe, vanaf morgen verveel ik jullie weer met andere verhalen!

Dwaze hobby

Wat was het zalig donker vannacht. Ik voel me een ondankbare hond na die prachtige reis maar toch. Ik omarmde het donker, krulde me op in mijn camperbedje en sliep als een roos. Gister verlieten we Zweden, met regen, hoe kan het ook anders. We hebben niet heel erg veel mooie dagen gehad en dat vond ik echt jammer. En ook in Denemarken regende het. Dus reden we maar door, geen zin in weer een middag in mijn regenjas rondscharrelen.

De zoveelste

Tijdens die rit probeerde ik tussen de buien door foto’s te maken. Het is een ding geworden, om een knap plaatje te schieten terwijl we aan het rijden zijn. En soms lukken ze wonderwel. Volgens mij bestaat het nog niet, als officiële hobby, dus lanceer ik hem hierbij 🙂

Foto's

De øresondbrug had ik te pakken met een mooie wolkenlucht erboven, de sierlijke windmolens in de verte kreeg ik erop en zelfs een meeuw kwam ‘vol in vlucht’ langs. Niet allemaal even mooi maar wel een moment waar ik op terug kijk over een poosje. Als die hele reis weer een beetje is weggezakt kijk ik naar die foto en in gedachten rijd ik daar dan weer. Daarom maak ik naderhand altijd een fotoboek van onze reizen, lekker bladerwerk tijdens de winter.

Foto’s

Inmiddels staan we in Duitsland, de drukte op de weg is er weer en zo ook die bewoonde wereld. Zo voelt het een beetje na die zalige zwerftocht door stilte en uitgestrektheid. En dat is ook weer prima, ik heb weer zin in reuring. En zon, ik heb heel veel zin in zon en een fijne plons in een lekkere poel van iets, zonder dat er van alles dreigt te bevriezen 😉

We hebben vanmiddag met een heerlijk witbiertje geproost op die prachtige weken. En ook al plakken we er nog een paar dagen aan vast, vanaf nu voelt het toch een beetje anders. We zijn aan het afronden en thuis lonkt, want dat thuis van ons is ook altijd zalig. En zo hoort het ook. Morgen gaan we nog een stukje verderop maar kijk er niet vreemd van op als we ineens richting huis rijden.