Ik geloof allang niet meer in de Sint, al heel erg lang niet meer. Maar het enthousiaste gebons op mijn voordeur werkt wel lekker sfeerverhogend in deze periode 🙂
Bij elke bons spring ik met een grote grijns van de bank.
Hupsend van het ene been op het andere staat ze voor mijn neus. Ik krijg een papieren bakje onder mijn neus geduwd. ‘Zelf pepernoten gebakken’, souffleert haar mam. Ik bewonder de inhoud vol enthousiasme, ze ruiken zalig. Links en rechts worden er nog wat gevallen pepernoten van de grond geraapt. Zo werkt dat nou eenmaal met enthousiast hupsen, dan valt er wel een iets over de randjes heen.
‘Laat ze even aan de buurman zien, die houd ook heel erg van pepernoten’. Meer aansporing heeft ze niet nodig. Ze stuift me voorbij om haar zelfgebakken schatten aan de buurman te laten zien. Ook buurman Co is vol lof. ‘Mijn laarzen uit, besluit ze, ik blijf even bij jou’. We kletsen bij terwijl ze knus bij buuf op schoot zit.
Pepernoten
Na een paar minuten vind ze dat het weer tijd is om naar huis te gaan. Natuurlijk loopt buuffie gezellig met haar mee. Ik snijd af, zij neemt altijd de lange route 😉 Ook dat is vaste prik.
‘Ik heb geen jas aan buuffie’. Ik weet het schat, ga maar snel naar binnen. Er moet nog een zwemmedaille bewonderd worden, en als ik weg wil gaan hangt ze giechelend aan mijn benen. Haar kleine broertje doet enthousiast mee. Die heeft ook nog wat mededelingen voor ‘boeboe’.
Ik krijg knuffels en handkussen en word uitbundig uitgezwaaid.
De volgende dag zie ik die twee dropveters gezellig weer. We kwebbelen wat af, hun dagen zitten namelijk stijfvol belevenissen. Elke nieuwe dag een nieuw avontuur. Ik roep nog maar eens hoe lekker de pepernoten waren, en dat ik ze gedeeld heb met buurman Co. Ze glimt en zegt dat ‘de maan stuk is’, de pepernoten zijn alweer vergeten.
Wat een rijkdom die twee ❤