Langzaam maar zeker begint het weer te wennen, dat campingleven. Hoewel dat deze keer wat lastiger voelde dan anders, moeizamer. Want al die mensen op zo’n camping he?! Ik moest oprecht omschakelen.
Voorgaande jaren waren we hier ook altijd even op deze camping, maar altijd maar kort, om een paar nachtjes te genieten van die geweldige ambiance. En steeds weer was deze camping welhaast uitgestorven. Fijn vind ik dat, als je een kanon af kan schieten zonder iets of iemand te raken, het kan mij niet stil genoeg zijn.
Of het komt door het feit dat Spanje op oranje staat als gevolg van de covid of omdat er meer mensen zijn die later in het seizoen op vakantie gaan, ik heb werkelijk geen idee. Maar het staat hier toch nog wel halfvol. Minstens. De laatste jaren zijn we dat, in het voor en naseizoen, eigenlijk niet meer gewend. Bijna leeg, daar waren we aan gewend, dus ik moest schakelen.
Lege camping
Vorig jaar belanden we tijdens zo’n zwerftocht door Frankrijk op een volledig lege camping, toen waren we gewoon de enige gasten. En ook het zwembad hadden we dus helemaal voor onszelf, wat een zaligheid. Het voelde razend luxe, om zo’n camping helemaal voor jezelf te hebben. Om zeven uur in de ochtend werden de verse baguettes aan onze stoel gehangen door de eigenaresse, veel relaxter dan dat wordt het niet, zeg nou zelf.
Dat het verse brood bij je plekje wordt langs gebracht, heb ik nog maar één keer eerder meegemaakt. Als jong meisje, toen we in Oostenrijk of Noord-Italië kampeerden. In welke van de twee landen het was weet ik niet meer, dat het in de bergen was weet ik nog wel. Vroeg in de ochtend kwam de bakker met een keur aan, nog warme, bolletjes langs, verser dan vers. Die geur van vers brood blijft daarom voor mij voor altijd verbonden aan kampeervakanties. Als ik, met mijn ogen dicht, mijn neus in een zak met vers brood steek, waan ik me direct op vakantie.
Maar de eerste dagen hier, is dus toch wat wennen. Wennen aan directe buren die het liefst hun auto op onze plek parkeren, omdat wij fijn veel schaduw hebben. En die het moeilijk te begrijpen vinden, dat wij daar helemaal niet op zitten te wachten. Ik vraag het keurig netjes en beleefd, en toch voel ik direct haar aversie en weerstand. Ook dat is kamperen, het is niet altijd alleen maar leuk. De liefste laat het hele debacle maar aan mij over, die is vaak net effe te direct in zijn communicatie:-)
Die glimlach van mij blijft, ondanks en dankzij, ik hou hem standaard op mijn tronie geplakt. Beter voor mijn eigen gemoedsrust ook. Gelukkig hebben we onze eerste vakantieruzie ook al achter de rug. Bij ons is dat inmiddels ook een soort van standaard, na de eerste paar dagen on route. Dat onthaasten gaat nou eenmaal niet zonder slag of stoot, daar hoort wel een gevecht bij.
Moet ik nog zeggen dat we genieten? Volgens mij niet. Er zijn inmiddels wel veel mensen aan het inpakken trouwens, dat helpt ook 🙂