Een wereld van angst

Ze schreeuwt, luidkeels door de gang. Het verdriet raakt me, ik hoef haar niet te zien om te voelen hoe van streek ze is. Ik loop de hoek om, de gang in en zie haar zitten. Haar rolstoel pontificaal voor de hoofdingang, volledig verloren in haar eigen wereld, tranen stromen over haar wangen. Haar mond staat open in onsamenhangende en luidkeelse wanhoop.

Ik loop naar haar toe en onderweg zie ik de receptioniste haar schouders ophalen in een gebaar van machteloosheid. Ze weet niet goed wat te doen en ik begrijp het. Binenkomende gasten ontwijken haar met een grote boog en een misprijzende blik. Eenmaal bij haar, kniel ik op de grond naast haar rolstoel en pak ik haar hand. Haar handen klemmen zich om de mijne, haar scherpe nagels dringen diep in het vlees van mijn handpalmen en die eerste minuten is er bij haar alleen maar paniek.

‘Zuster, het is niet waar, ik heb het niet gedaan, ik heb het niet gedaan’. Haar emotie raakt me diep want inmiddels ken ik haar verhaal. Deze herbeleving van een traumatische ervaring uit haar jeugd moet zij steeds weer doormaken, keer op keer op keer. Contact met haar maken en zorgen voor afleiding, voordat het verdriet haar volledig overneemt, helpt vaak goed maar dat moment ligt al ver achter ons. Ik praat een poosje geruststellend op haar in en neem haar onderwijl mee naar boven, terug naar haar afdeling, naar de rust. Ze laat mijn handen niet los, dus ik stuur de rolstoel met mijn benen en ellebogen en dat is best een uitdaging.

Verdriet

Na een stief half uur lijkt de grootste heftigheid eraf, ze praat en ze praat terwijl ik luister en haar voorzichtig probeer af te leiden. Onderwijl zet ik een groot dienblad vol natte bekers voor ons beider neus om af te drogen. Samen, want haar alleen laten is geen optie. Nog nasnikkend omhelst ze me, vraagt ze bevestiging dat ik toch wel echt weet dat ze het niet heeft gedaan, echt niet. Ik hou haar vast en knik. Ze is heel erg slechthorend dus die geruststelling moet kort en duidelijk zijn en lichaamstaal helpt daarbij. Dicht naast haar zittend drogen we af, beker na beker, en ik zie haar rustiger worden, vermoeid.

Na nog een half uur vallen haar ogen dicht, op dat rustige afgeschermde plekje in die nis halverwege de gang. Stil zit ik naast haar, weer met haar handen in de mijne terwijl zij slaapt. Het is een dagelijks terugkerend fenomeen, dit verdriet, en ik weet dat er over een aantal uur nog weer een golf aankomt. Of vannacht, als de angst haar uit haar slaap haalt. Voor nu geniet ik van de rust die ze nu ervaart, dat ze even uit die allesoverheersende angst is. Ook al is het maar voor even.

Tevreden

‘Hoe komt het toch dat jij vaak zo blij bent, vraagt ze, bij jou is dat glas altijd halfvol, en is er steeds die glimlach’.

Als jonge vrouw werkte ik een poos in een revalidatiecentrum. Daar zag ik met eigen ogen dat zelfs zoiets simpels als naar het toilet gaan, voor sommigen een opgave kan zijn. Tijdens dat jaar, als 20-jarige op de dwarslaesie afdeling en vervolgens op de tienerafdeling, werd dat zaadje van tevredenheid geplant. En ik voel dat nog steeds in toenemende mate groeien. Zoetsappig wellicht, maar ik sta er zeer regelmatig bij stil dat ik zelf mijn bed uit kan stappen in de ochtend. Dat ik een snelle douche kan nemen en na een kop koffie de deur uit kan vliegen. Dat dat lijf van mij doet wat ik wil, dat het nog heel is.

Die periode daar zal ik niet licht vergeten. Ik werkte er ook nog een tijdje als vaste nachtdienst, toen onze kinderen geboren waren. Op vrijdagavond schonk ik een borrel voor de revalidanten die het weekeind nog niet naar huis mochten of konden, om wat voor reden dan ook. Dan maakte ik het voor hen gezellig en ontstonden er soms prachtige gesprekken. Tegen de tijd dat ik ze allemaal in bed had geholpen, was de halve nacht al om. Heerlijk vond ik dat.

Revalidatiecentrum

Ik herinner me die jonge knul met die hoge dwarsleasie, opgelopen omdat hij op een zandbank dook toen hij met een groep vrienden in zee aan het dollen was. Of die postbode die zich 6 maanden de tandjes werkte om vervolgens 6 maanden te kunnen reizen en dat nu op moest geven omdat hij eenvoudigweg door botte pech in een rolstoel terecht kwam. Ik zie ze zo nog voor me, stuk voor stuk. Jonge vrouwen, jonge mannen, tieners. Stuk voor stuk mensen die nog een leven voor zich hadden en dat nu volledig opnieuw moesten inrichten, omdat hun lijf kapot was gegaan door dat ene moment.

Ik heb geluk, dat vind ik oprecht, geluk in mijn leven. Ondanks tegenslagen, teleurstelling en het nodige verdriet ben ik een bofkont. Omdat de eenvoudige dingen in het leven voor mij geen opgave zijn. Ik kan zelf mijn bed in-en uitstappen als ik wil, ik kan voor mezelf zorgen en een kop koffie zetten. Te simpel gedacht wellicht maar zo voel ik dat, ik ben dankbaar voor dat geluk. En er zijn ook gerust genoeg periodes in mijn leven dat ik het even vergeet, dat ik verzand in mijn eigen geneuzel en dat een deel van mij zich verdrietig voelt.

Heel lang duurt het nooit, vrij snel weet ik weer waar het ook alweer om gaat in het leven.

Dat leerde ik van van al die dappere, mooie mensen waar ik voor heb mogen zorgen. Want het gaat in het leven niet om geld, niet om spullen. Het gaat om samen zijn met iedereen die me lief is. Om een hele avond te kunnen dansen, uren te kunnen wandelen in de regen, of vol de zee in te kunnen rennen op een warme dag is rijkdom. Ik kan er van uit mijn vel knappen, van dat gelukzalige gevoel. Daarom deel ik mijn glimlach en mijn liefde ruimhartig.

Want het leven is echt te kort en te kwetsbaar om daar heel zuinig mee om te springen.

Prachtige kans

Gisteravond was het dan zover, onze jongste prinses is ook helemaal verhuisd. Officieel woonde ze natuurlijk niet meer thuis, ze woonde op een campus in Diemen het afgelopen jaar. Maar ze sliep nog regelmatig bij ons in de weekeinden, met verjaardagen en speciale dagen. Heerlijk was dat, met één been in en één been uit huis. En de kans was groot dat ze na haar studie nog even thuis zou komen wonen. Gewoon, tot ze iets geschikts voor zichzelf vond.

En onverwacht was er ineens dat huisje, zo eentje helemaal voor haar alleen. Dat huisje dat zomaar langskwam, betaalbaar en op een goede plek. Dicht bij het station, dichtbij een winkelstraat. Boven een zalig restaurant en ook nog eens voor mama op ‘even op de fiets een bakkie halen’ afstand. Kortom, een prachtige kans. En prachtige kansen, die laat je niet aan je neus voorbij gaan.

Mama

Dat er heel veel aan moest worden opgeknapt namen we voor lief. We hebben er de afgelopen maand heel wat uurtjes doorgebracht. Maar eerlijk is eerlijk, net als bij onze oudste een paar jaar terug, hebben we hier ook weer een fijne plek van gemaakt. Alles fris geschilderd, lelijke wanden behangen met renovatie-vlies, dus alles is weer retestrak. En dat alles werd ook voorzien van een frisse witte laag. De nieuwe vloer die we er zelf inlegden is warm en prachtig, en ook die ligt er supermooi in.

Alle mankementen in haar huisje heeft de liefste met heel veel liefde voor zijn jongste gerepareerd. Ook al is het een huurflat, die laat zijn meisje echt niet in een huisje zitten dat niet af is, die fikst dat voor der.

Maar nu alles verhuisd is voelt het toch gek, ik voelde het in mijn lijf, al die emotie. Gisteravond al en vandaag ook weer. Want nu weet ik heel zeker dat ze niet meer thuis komt wonen, ook niet voor heel even. We hebben het leuk zo met zijn tweetjes, dat is het niet. En onze meiden waren er aan toe, aan een eigen plek waar ze niet meer weg hoefden.

Maar deze mama moest toch even slikken, stiekem, in zichzelf. Want dat complete uitvliegen, dat is nu wel helemaal voor het echie. Geen ‘even knus nog bij mama onder de dekens’ meer en ook nooit meer ‘met mama kletsen in de badkamer tijdens het douchen’. De waslijst’ nooit meer’ is lang want we hadden zo onze rituelen samen, onder datzelfde dak. En als ik eerlijk ben voelt dat toch een tikkie heftig. Morgen ga ik maar even langs om een bakkie te doen 🙂

Ongeluk

Ze doet de voordeur open, haar hals is bedekt door een nekkraag. Die zorgt ervoor dat haar nek kaarsrecht blijft. Vriendelijk lachend laat ze me binnen, we praten even en lopen daarna samen naar de badkamer. Ze verteld me tot in detail in welke volgorde haar zorg verleend moet worden.

‘Vind u het eng, vraag ik haar, u bent net uit het ziekenhuis. Hoe voelt dat voor u’? Voorzichtig gaat ze op een stoel zitten en de angst staat leesbaar in haar ogen. ‘Ik ben zo bang, ik vind het doodeng, zegt ze.Haar stem trilt en ik zie tranen in haar ogen. ‘In het ziekenhuis is alle hulp bij de hand, dat heb ik hier niet, en vooral de nachten vind ik vreselijk’.

Alle zorgen lijken in de stilte van de nacht vaak heviger, alles voelt extra angstig in dat donker. Zo was het bij mij tenminste wel altijd. Ook als ik aan het waken was, waren de nachten voor veel mensen extra confronterend.

Angstig

Ik ga op de rand van het bad zitten en luister naar haar verhaal. Die ongeluksdag begon als een prachtige blije. Haar nichtje gaat binnenkort trouwen en zij mocht mee om trouwjurken te shoppen. Zonder kinderen van haar zelf voelde dat extra bijzonder. Na een gezellige dag is DE jurk gekozen, en daar wil ze voor haar echtgenoot een mooie foto van maken.

Om haar prachtige nichtje goed op die foto te zetten, zet ze nog een stapje achteruit. Maar in al haar opwinding had ze niet in de gaten dat ze die steile wenteltrap al veel te dicht was genaderd. Met een enorme klap is ze naar beneden gevallen. Naast heel veel breuken heeft ze ook een breuk in haar nekwervel.

‘Ik weet heel goed dat ik veel geluk heb gehad, maar ik was zo dichtbij een groter drama, en dat blijft maar in mijn hoofd ronddansen’. Elke nacht beleefd ze die val opnieuw, en op de momenten dat die kraag kort af moet, voelt ze zich kwetsbaar. Angstig. Slapen doet ze slecht met dat ding om haar hals, en de dagen duren eindeloos.

Haar lijf heelde langzaam maar zeker, stapje voor stapje. De dag dat ik haar haren eindelijk weer mocht wassen, na heel veel weken, ging de vlag uit. Haar glimlach, toen ze zichzelf in de spiegel zag met haar schone haar, was goud waard 🙂

Maar toen die kraag definitief af mocht, wilde ze hem liever om houden. Want zonder die stevigheid om haar hals voelde ze zich naakt en kwetsbaar.

‘Ik ben nu pas echt toe aan het verwerken van alles wat er gebeurd is denk ik’, zei ze me.

Speciaal voor haar heeft haar nichtje haar bruiloft uitgesteld, zodat ze er zonder kraag en stralend van gezondheid bij kon zijn. Mooi he?!

Eeuwige verbouwing deel tig

Die laatste schilder dag, waar ik zo blij van werd laatst, was van korte duur. Afgelopen woensdag stond ik de hele dag het paleis van onze jongste prinses te schilderen. Ik had er een halve dag voor vrijgemaakt want ik zou alleen de deuren doen, de rest zag er nog prima uit vond ik zelf. Tot ik die pot verf openmaakte en het kleurverschil tussen die verse verf en haar huisje echt heel groot was. Alles leek wel geel bij dat frisse wit. Dus toog ik aan de slag. Schoonmaken, schuren en nogmaals stofvrij maken van alle kozijnen, en ach die voordeur pakte ik ook meteen maar even mee. Het kon alleen maar opknappen toch?

Die halve dag bleek een utopie. Bij het openmaken van de pot verf leek het wel zuur geworden melk, een soort van stremsel. En het bonnetje lag nog thuis, natuurlijk. Zucht. Door de stromende regen fietste ik met goede hoop richting de praxis. In mijn verfpak stond ik een soort van te smeken bij de dames van de service balie. De dames hadden begrip en stuurden mij door naar de verfbaliedames. (goed woordje voor galgje trouwens) Waar ik wederom mijn vraag stelde, en vervolgens nogmaals bij de manager. Maar ik kreeg een nieuwe pot verf, zonder dat bonnetje, dus dank aan de service van praxis Beverwijk. En door. Terug door die stromende regen en aan de schilder.

verven

Verven

Natuurlijk kwam ik aan het eind van een volle schilderdag net tekort dus hup nog een keer heen en weer, en het was inmiddels gestopt met zachtjes regenen. Maar toen ik uiteindelijk mijn kwast neerlegde en om me heen keek, kon ik niet anders dan glimlachen. Alles was prachtig knisperend wit en fris. Dat verven had toch mooi resultaat gehad. Gister en vandaag hebben we ook alle inmiddels behangen wanden van een frisse laag verf voorzien en ook dat was best een klusje.

Of ik het zat ben? O jemig allang al, spuug en spuugzat. Maar in mijn hoofd heb ik mezelf een lading beloningen beloofd voor als het klaar is. Nu is het alleen nog maar een kwestie van even stevig op mijn tanden bijten. En dat kan ik, niet teveel miepen, schouders eronder en door. Heel even nog.

Heel veel zwangerschappen.

Een van de collega’s komt langs met roze en blauwe koeken, het is de zoveelste collega die trakteert. Ik spring op en kus haar op beide wangen, en brul enthousiast ‘gefeliciteerd’. Stralend verteld ze wanneer ze is uitgerekend, en dat ze het die middag aan haar andere kindjes gaat vertellen. Ze is de vierde zwangere collega op rij en ik verheug me nu al. Op al die groeiende zwangere buiken, blozende bijna mama’s en wat al hun verhalen bij mij los gaat maken.

Want ik weet nog als de dag van gister hoe het voelde om zwanger te zijn. Alle pijntjes, ongemakken en maagzuuraanvallen ben ik wel allang vergeten, lekker hoe dat werkt in dat brein. Al die organen die volop in de verdrukking waren, het is allemaal uit het hele zwangerschapsverhaal gegumd. En ook het feit dat ik eruit zag als een rasechte sumoworstelaar, schuif ik voor het gemak aan de kant. Mooi zwanger zijn, daar kon ik alleen maar van dromen. Helaas was ik enorm. Na mijn bevalling kon ik wel een dagverblijf vol baby’s voeden gok ik, van die enorme lading borstvoeding die ik produceerde, maar dat terzijde.

Zwanger zijn

Ik herinner me nog wel goed het gevoel van die bewegende buik, van dat vlinderige gevoel rond een week of 20. Ik werkte toen in het ziekenhuis en ik weet nog dat ik met ingehouden adem zat te wachten, of ik dat fladdertje nog een keer zou voelen. Hoogzwanger vond ik het nog steeds een genot om die buik alle kanten op te zien gaan. Dat wonder in je te mogen voelen, en het besef dat jouw lijf zoiets moois zelf maakt vervulde me met dankbaarheid. Nou ja, zelf maken met een heel klein beetje hulp van de liefste natuurlijk, zonder hem was ik kansloos:-)

De komende maanden ga ik optimaal genieten van alle verhalen, meeleven en volop luisteren. Naar al die mama’s in spe en naar de ‘nog een keer opnieuw mama worden’ collega’s. Ik verheug me nu al op die terugkerende herinneringen van mezelf van zoveel jaren terug. Ik wed dat het ongelofelijk zalig wordt.

Een stilleven van pijn

Het is nog vroeg als ik mijn hoofd voorzichtig om een hoekje van haar slaapkamer steek. Sjaan is wakker en als ik vraag of ze lekker heeft geslapen, antwoord ze twijfelend. ‘Ik denk het wel maar ik voel me zo vervelend in mijn hoofd, ik ben niet lekker’. Nog wat slaperig kijkt ze naar me omhoog vanonder de warme dekens, met dat vervelende gevoel in haar hoofd. De mist die als een deken al haar gedachten omsluierd heet Alzheimer, en ze voert een dagelijks gevecht om haar hoofd helder te krijgen. Dat gevecht is bij voorbaat al kansloos en haar zichtbare verdriet raakt me diep.

Ik ga naast haar op de rand van haar bed zitten en laat haar praten. Voorzichtig stuur ik na een poosje het gesprek een andere kant op om haar af te leiden van haar verdriet, en niet veel later staan we bij de wastafel. Ik leg haar uit hoe ze zichzelf moet wassen en beschaamd kijkt ze naar me op. ‘Zo stom dat ik niet meer weet hoe het moet, mezelf wassen, wat een vreselijk mens ben ik’. Elke dag zijn er volop van dit soort confronterende momenten. En ook al is ze die zo meteen weer kwijt, de gevoelens van verdriet en verlies draagt ze elke dag veel langer met zich mee.

Ze woonde in een aanleunwoning in haar eigen dorp en redde zich nog prima, met wat hulp van familie en een huishoudelijke hulp. Tot ze wat onhandig viel en haar pols brak. Ineens werd levensgroot duidelijk wat de alzheimer had aangericht in haar hoofd. Dat gips om haar onderarm was raar en onbegrijpelijk. Nadat ze tot twee keer toe het gips met een aardappelschilmesje van haar arm had gesneden werd ze bij ons opgenomen, nog langer alleen thuis was onverantwoordelijk.

Alzheimer

Ze miste haar eigen huisje en steeds weer vertelde ze me dat ze zelf haar aardappels nog schilde en haar huisje schoon hield, dat het echt onzin was dat ze even bij ons moest wonen. Soms gingen we een stukje wandelen in de tuin, want ook dat was voor haar een groot gemis. Thuis deed ze dat dagelijks. Lange wandelingen maken in een buurt waar iedereen wist wie ze was. In de middag nam het verdriet zienderogen toe, was ze zoekende, boos en onmachtig om te vatten wat haar overkwam. Dat schrijnende beeld van de onmenselijkheid van dementie was pure emotie, elke dag opnieuw. Ook bij mij.

Sjaan woonde bijna een jaar bij ons. Daarna verhuisde ze naar een kleinschalige woonvorm, waar ze ernstig ziek werd en vrij snel overleed. Lieve Sjaan, dat beeld van jouw verdriet en je dagelijkse zoektocht om weer terug te krijgen, wat je elke dag een beetje meer verloor, vergeet ik nooit. Ze zijn als een stilleven van de pijn van het leven. Veel confronterender dan dat werd het voor mij maar zelden.

Eeuwige verbouwing deel 4

Nu onze jongste ook de sleutel van haar paleisje heeft gekregen, zijn we een soort van dubbel geboekt. Maar we willen wel graag dat alles in ons eigen paleis zoveel mogelijk doorloopt. Al die rotzooi in je huis geeft praktisch gezien een hoop onrust. Maar ook mijn hoofd knapt er niet van op, als je ogen elke dag zien wat er allemaal nog moet. Als je moe uit je werk komt, helpt het niet echt om wat te ontspannen.

Maar we zijn als ouders fanatiek als het gaat om onze prinsessen, we willen graag dat onze meiden ook een fijne plek hebben. Dat hebben we bij onze oudste gedaan, en dat willen we ook voor onze jongste. Dus zijn alle weekeinden in januari voor haar geboekt, zodat ze vanaf 1 februari kan wonen. Thuis klussen we in de avonduren als we klaar zijn met werken.

druk

Druk

Vandaag had ik mijn voorlopig laatste schilderdag( vandaar dat blije hoofd). De liefste had alle wanden gesaust de afgelopen avonden, dus maakte ik het vandaag af. Mijn to-do list voor deze dag was weer lekker gevuld. Want ik wilde ook curry maken en dat zalige Italiaanse stoofgerecht. Ik wilde verder schrijven aan mijn boek, een rondje hardlopen, de was en de badkamer doen. Plus nog wat kleine klusjes en ik moest ook nog even naar de kapper. Kansloos natuurlijk, dat wist ik die ochtend al, mijn lijst was veel te lang. Op zijn Cynt’s laat ik me daar echter niet door weerhouden en geef nog even gas bij. Als ik het maar graag genoeg wil dan zorg ik ,met het zweet op mijn voorhoofd, dat ik het voor elkaar krijg.

De liefste maant me tot rust, ook al weet hij inmiddels dat het weinig zin heeft, het is wel echt lief dat hij het probeert. Zijn dagen zijn ook tot de nok gevuld, met zijn dagelijks werk in de bouw. Al dat geklus thuis en in het huis van zijn prinses drukken dan ook zwaar op zijn gemoed. We hebben het gewoon even veel te druk.

Deze diva doet dus wat ze kan om zijn zorgen wat te verlichten, door thuis te doen wat ik wel kan, fijn toch? Ook al is die ene vrije dag voor het gevoel veel te kort.

Ik las in de krant vandaag dat verbouwingen , verhuizingen en een nieuwe baan zeer belastend zijn voor je relatie, die daardoor enorm onder druk komt te staan en vaak gaat wankelen. Met al die verbouwingen, verhuizingen en veranderingen van baan, inclusief bijkomende studies van ons in het verleden, is het blijkbaar niets meer dan een wonder dat we nog bij elkaar zijn. Ruzie maken hebben we inmiddels wel tot in de finesses geperfectioneerd, het weer goedmaken ook. 🙂

We zijn daarom onze vakanties voor de rest van het jaar maar alvast aan het plannen, kunnen we ons daar lekker aan vasthouden. En ook al is het einde echt nog niet in zicht, we blijven positief elke klus die klaar is afvinken. Niet te veel over nadenken en één dag tegelijk is het motto, dan komt het uiteindelijk vast goed.

P.s dat lange lijstje van vandaag is wel mooi volledig afgewerkt!

Altijd logisch

Aan sommige dingen raak je zo snel gewend, dat je bijna zou vergeten hoe het was voor het was uitgevonden. Bijna, want ik weet het nog precies. ‘En lang leve google maps’ roep ik luidkeels.

Nu ik net weer een paar dagen op stap ben geweest, wordt ik weer levensgroot met mijn neus op de feiten gedrukt. Wat is het toch zalig, dat ik niet meer met routeboeken en kaarten in mijn klamme handjes hoef te zitten. Want dat deed ik, ik volgde precies de te rijden route. Nog net niet met mijn wijsvinger bij de plek, zoals een blauw bolletje op de google maps route( soms wel hoor) maar het scheelde vaak net niks.

Het was razend druk, op de weg vanuit Beieren naar huis. Wegwerkzaamheden, en een aantal verkeersongelukken. De rode strepen op die route waren talrijk, groeiden aan, en vermeerderden zich vol enthousiasme. Steeds weer deed hij heerlijk een nieuw voorstel voor een snellere route, om de ellende te omzeilen, wat een genot toch? Vroeger reed je dan gewoon achterop die file, en dan moest je maar zien hoelang het duurde, en wat er loos was. Voordat je dan een andere route op die kaart had uitgestippeld, was je wel even zoet. Ik wel tenminste, met mijn topografische aanleg van lik mijn vestje.

Route

Wat wel altijd aanleiding is voor hilariteit, is de spockiaanse manier,( is dat een woord) waarop de google maps route tot in detail logisch is. De kortste route is de kortste route tenslotte. Soms worden we langs de meest smalle weggetjes of gebieden geloodst, richting ons uiteindelijke doel. Vooral in Frankrijk hebben we elkaar weleens vragend aangekeken, of het wel goed ging zo.

Hele smalle, spannende bruggen moesten we over. Om vervolgens via een gevoelsmatig, veel te steil bergpad geleid te worden. Ik zat soms met samengeknepen billen in die auto. Gelukkig is de liefste zelden onder de indruk van dat soort uitdagingen, die vind het alleen maar leuk. Ik niet, dat mag duidelijk zijn.

Naast hele bizarre, verassende en soms wat griezelige wegen, heeft die online wegenkaart ons ook langs heel veel wonderschone en adembenemende plekken gebracht. Die hadden we van tevoren, wel al een soort van uitgezocht op een overzichtskaart. Maar toch is het echt superfijn, dat we door die app de juiste kant op gestuurd worden.

Dus in plaats van met die routeboeken, zit ik nu soms lekker met mijn laptop op schoot onderweg. Of met helemaal niks. Wel funest voor de ontwikkeling van mijn topografische aanleg, die komt geen streep verder zo. Maar ik kan wel heerlijk van het uitzicht genieten, als het moet stuurt google maps me wel weer de goede kant op.

Een dag in andermans schoenen

Toen ik in de zorg ging werken had ik nog nooit iemand aangeraakt die niet heel dichtbij me stond. En als ik heel eerlijk ben vond ik het in het begin best pittig, om zo dichtbij sommige mensen te zijn. Om ze aan te raken, en voor ze te zorgen. Omdat ze een vorm van weerstand bij me opriepen. Door hun agressie, of de manier waarop ze tegen me praatten. Om dan dicht bij iemand te komen voelt tegenstrijdig, en het negeren van mijn eigen emotie was dan echt lastig. Die instinctieve reactie van mijn eigen ik moest ik naast me neerleggen om simpelweg mijn werk te kunnen doen.

‘Zorgen voor’ is nooit routine.

Mijn werkleven zit bomvol prachtige momenten. Want mogen zorgen voor een ander mens, op dat kwetsbare moment in zijn of haar leven, is echt heel waardevol. Het heeft mij zoveel rijker gemaakt. Ook op die hele moeilijke momenten en zelfs door de dingen die ik het liefst vergeet. Misschien juist ook wel dankzij die momenten.

Agressie

Ik zag al heel vaak iemand sterven, en dat is nooit simpel. Dat kleeft een poosje aan je, aan mij wel tenminste. Dat stervensproces is intiem, en went echt nooit. Aanwezig zijn tijdens dat laatste stukje van iemands leven is mooi en pittig. Je moet jezelf soms af kunnen sluiten en daar ben ik geen ster in. Ik hou van mensen. Dat is mijn kracht maar tevens mijn valkuil. Hoe ouder ik wordt, hoe groter ook mijn empathisch vermogen.

Veel situaties thuis worden schrijnender en akeliger. Al dat zorgen voor een ander wordt toenemend lastig. Ik heb groot respect voor iedereen die dagelijks bij al die mensen over de drempel stappen, om hun werk te doen. En hoe complex dat is qua emotie, zouden ook meer mensen zich moeten realiseren. Voor alle mensen die vinden dat ‘zorgen voor‘ niks voorstelt of makkelijk is. Zeker in de huidige tijd, want die maakt het extra pittig.

Als we al die critici nou eens een VR-bril op hun neus zetten, gewoon voor de gein. Inclusief alle bijkomende sensaties natuurlijk. Zoals de nauwe warme ruimtes, en de soms overweldigende geuren. De stress, de toenemende agressie en ander ongemak. Het zou op zijn minst een groter respect voor al die zorgmedewerkers op moeten leveren. Want dat verdienen ze.