Vanmorgen vroeg ik me oprecht af, tijdens mijn vroege hardlooprondje, waarom ik dit nou zo graag wilde kunnen. Een rondje kunnen rennen, terwijl de zon de wereld langzaam wakker laat worden.
Dat is meteen de eerste reden. Met een muziekje op mijn hoofd, op het gemakje draven door de natuur, terwijl ik mijn gedachten lekker laat gaan. Richting een nieuw te schrijven blogje, langs rottigheid die ik moet verwerken of gewoon wat mooie ontroerende gebeurtenissen herbeleven.
Ik vind het wel ontzettend suf dat ik niet zo snel tevreden ben. Ik wil altijd verder, sneller en langer kunnen lopen. Op andere vlakken ben ik volgens mij helemaal niet zo fanatiek, dus waarom dan? Vind ik echt bijzonder, dat streberige gedoe. Dat is denk ik wel een overblijfsel uit mijn jeugd, ik heb vanaf mijn zesde op atletiek gezeten. Sporten deed ik heel veel jaren, een paar keer in de week. En daarbij heb ik ook nog eens een hele sportieve vader. Die liep halve en hele marathons, fietste meermaals luik-bastenaken-luik. En schaatste, naast heel veel toertochtjes, ook twee keer de elfstedentocht. Diepe buiging voor mijn paps.
Ochtend
Een jaar of zes terug liep ik nog met gemak een ruime tien kilometer, en dat vond ik al razend dapper van mezelf. Met mijn aandoening, moet je niet willen hardlopen, zei de specialist. Maar ik kan het, en het gaat weer, dus blijf ik gaan zolang ik het kan.
Want de belangrijkste reden waarom ik blijf hardlopen? Het is zo lekker om die nieuwe dag te begroeten, als de meeste mensen nog slapen, dat rondje voor ik naar mijn werk moet. Winterdag is dat vaak onder een prachtige sterrenhemel, terwijl ik langs met rijp bedekte velden draaf. Of ik loop mijn rondje in het voorjaar, terwijl de zon zijn prachtige kleuren de ochtend instrooit. Het is schitterend buiten, zo heel erg vroeg, en lekker rustig nog. En dan is er ook nog dat gevoel erna, als je geweest bent. Dat zalige, overheersende gevoel dat het lukte, dat ik het kon, dat ik in een vast tempo die kilometers heb gelopen. Daar heb ik de rest van de dag zo’n zalige energie van.
Dat zijn dus zomaar een hele hoop redenen om vroeg mijn voordeur uit te stappen. Weet ik ook meteen wat ik moet doen, als ik even geen zin heb. Dit stukje nog eens nalezen 🙂